Ben je net lekker aan het leven. Hoor je dat je dood gaat. Wat dan? Onze OML'ers laten het er niet bij zitten en halen álles uit het leven! Stream nu alle seizoenen op NPO Start!
LFL: "Zo maakten we met eten en gezelligheid de zware dagen beter te behappen"
21-01-2020
•
leestijd 7 minuten
•
4998 keer bekeken
•
In de nieuwe rubriek Lust for Life laten we mensen in gastblogs aan het woord over een bepalend moment in hun leven waarin ze hun Lust for Life hebben gevonden. Want als we bij Over Mijn Lijk één ding weten dan is het wel: LEEF! Deze week: Milca, over de Lust for Life van haar zoon Timo: eten!
In september 2014 hoorde Timo Graver op 17-jarige leeftijd dat hij botkanker in zijn enkel had (Ewing sarcoom). Een week later lag hij aan de meest zware chemo, moest hij na een paar behandelingen de moeilijke beslissing nemen zijn been tot onder de knie te laten amputeren en kreeg hij daarna nog meer chemo. Na een jaar behandelingen ging hij vrolijk weer verder met leven, met alle vertrouwen in de toekomst. De zware tijden proberen te vergeten en weer genieten. Helaas kwam het al snel weer terug (juli 2016). En volgden weer vele chemo’s en het verschrikkelijke wachten op uitslagen. Soms waren die goed. Vaak niet. In de tussentijd kreeg zijn vader ook kanker. Ook die leek eerst genezen en ook hij ging ondanks zijn tracheostoma weer vol goede moed verder. In april 2017 overleed zijn vader toen het weer terug was. En de week na de uitvaart kreeg ook Timo weer te horen dat het terug was. Diverse behandelingen gaven hoop maar uiteindelijk kreeg hij te horen dat het klaar was. Dat zijn lijf helemaal vol tumoren zat. Ongeveer een jaar later is hij op 11 augustus 2019 op 21-jarige leeftijd overleden. Zijn moeder Milca vertelt over wat in de laatste periode de “Lust for Life” van Timo was.
In de hele periode van de ziekte van Timo heeft eten een grote rol gespeeld. Het begon al bij zijn eerste chemo. Geen idee wat je dan moet verwachten en hoe je je gaat voelen dus wat doe je? Nog snel even iets lekkers eten. Z’n vriendje kwam met Burger King naar het ziekenhuis. Hij genoot er van. Een uur later kotste hij zoals hij nog nooit gekotst had (en geloof me, daar had hij ontzettend veel ervaring mee door extreme wagenziekte). Het was weliswaar een heel zware chemo maar in het ziekenhuis snapten ze niet dat hij er zó extreem in hakte. Tot ze hoorden van de Burger King…
Omdat we een zware periode tegemoet gingen, leek het ons leuk wat afleiding te hebben voordat we naar het ziekenhuis gingen voor 3 dagen chemo. En zo ontstond het “pre-chemo-diner”. Dan kwamen familie en goede vrienden eten. En dan hadden we enorme lol met z’n allen. Na die eerste keer werd het een traditie. Iedere drie weken op donderdagavond kwamen ze allemaal eten. Een jaar lang. Zo maakten we met eten en gezelligheid de zware dagen waarvan je wist dat ze er weer aankwamen een stuk beter te behappen.
Als hij dan weer even soort van genezen verklaard was, stapte hij het liefst op zijn scooter en ging met zijn vriendin Fleur of met vrienden uit eten. Vooral veel sushi. Maar eigenlijk was hij voor alles dat met eten te maken had te porren. Het was iets waar hij gewoon heel blij van werd. En in de verdere tijd die volgde speelde eten ook steeds weer een grote rol.
Zo moest hij op een gegeven moment een hoge dosis chemo met stamceltransplantatie ondergaan. De avond voor hij naar het ziekenhuis ging, sloeg iemand hem een gebroken kaak. Hierdoor kon hij lange tijd alleen maar vloeibaar of gepureerd eten. Dat was echt hel. Want al snel kwamen de soepjes en vla zijn “fijnproeversneus” uit. Dan maar alles dat je kunt verzinnen pureren. Broodje van de Subway. Maaltijd van de toko. Sushi. Echt alles is in de blender gegaan. Het zag eruit als kattenvoer maar toch genoot hij er met volle teugen van. Zo was hij. Niet kijken naar wat hij niet had maar vooral kijken naar wat er wel was. En doordat ik in de kroeg aan iemand die ik van vroeger kende vertelde dat ik helemaal gek werd van al dat pureren en hij voorstelde iets voor Tiem te komen koken dat zacht was maar niet gepureerd, heb ik er wel een leuke verkering aan overgehouden, waar ik nog steeds mee samen ben.
Als je kanker hebt, zijn er natuurlijk vele gezonde dingen die je kunt doen. Nou was hij daar niet zo van maar ja, ik als moeder ging het natuurlijk wel proberen. En daar werden we allebei ongelukkig van. Werd weer zo’n vitamientjesstrijd die we vroeger ook hadden toen hij peuter was. En uiteindelijk wisten we natuurlijk toch al dat hij dood zou gaan dus dan kon je maar beter genieten in plaats van griezelen van groentesapjes.
Toen hij eenmaal uitbehandeld was, zijn lijf de chemo ook niet meer trok en hij de tijd die hij nog had daarmee niet wilde verpesten, heeft hij nog een jaar thuis gezeten. Eigenlijk zou hij meedoen aan OML maar helaas ging hij daarvoor te snel achteruit. Hij kwam de deur niet meer uit en werd steeds zwakker. En wat houd je dan op de been? Eten! Hij had vele “eet-cravings”. En dat ging dan om de meest uiteenlopende dingen. Dan zei hij hee mam, ik heb wel zin in…. (dat kon echt van alles zijn maar vooral geen dingen die je even in de supermarkt haalt). En dan dacht ik “oh nee niet weer”. Want natúúrlijk wilde ik hem blij maken. Maar ondanks dat ik behoorlijk assertief ben, vond ik het toch lastig dan weer aan iemand te vragen of wat hij wilde geregeld kon worden.
Zo wilde hij nog graag een keer van zijn lievelingsrestaurant MOMO eten. Een hippe tent in Amsterdam met de meest geweldige gerechten. Ik gevraagd of we het misschien bij hoge uitzondering konden afhalen. Ze waren natuurlijk bereid iets voor hem te doen. Maar ja, ze hadden ook een hoge kwaliteitsstandaard dus niet alles was zomaar geschikt om een reis naar ons huis te maken. Maar daar hadden ze een briljante oplossing voor: de chefkok kwam naar ons toe. Stond hij gewoon hier in de keuken te koken en had hij een doos vol prachtige sushi mee en kregen we ook nog een cursusje sushi maken. Timo vond het echt geweldig. En wij natuurlijk ook. En het bleef niet bij één keer. Hij kwam zelfs meerdere malen langs.
Ook in een biefstuk van Loetje had hij wel trek. En ja hoor. Iemand die we kennen en daar als kok werkt kwam hier thuis biefstuk bakken. Weer die big smile van Tiem, die goud waard was. Hij had wel zin in After Eight ijs maar dat is nergens zomaar te koop. Uiteindelijk kwamen we bij Italini Gelato in Groningen terecht. En zo lief, die kwamen gewoon een hele bak brengen en daar hoefden we niet eens voor te betalen. En daar was de brede lach en het genieten weer.
En zo maakte hij steeds wenslijstjes: Libanees, paling, tapas, sashimi, die ene hamburger met kimchi, oesters, KFC, Vietnamese soep, zalm, broodje van zijn lievelingszaak uit de Jordaan, etc. etc. En dan was de cravinglijst eindelijk klaar en hoppa, daar was de volgende alweer. En van zijn vriendin kreeg hij een hart met allemaal briefjes met eetdingen erop geplakt, die zij dan voor hem ging halen (soepje van oma, chorizokroketjes, balletje gehakt van haar vader, etc.). Of hij stuurde zijn schoonouders of vriend erop uit.
Toen hij echt heel zwak was en hij zowaar een keer op het bankje in de zon buiten wilde zitten, hadden we een emotioneel gesprek. Hij ging mij namelijk vertellen waar hij uitgestrooid wilde worden als hij dood was. Hoe raar en tegelijkertijd bijzonder is het om daar met je kind over te praten. En hoe grappig was het ook om te horen dat een aantal plekken te maken hadden met….. eten! Plekken waar hij een mooie herinnering aan had omdat hij er zo genoten had van eten. Of het nou Barcelona, Amsterdam of Curacao is. Alles qua herinneringen is verbonden met eten. Ik ben er nog niet klaar voor. Ik wil hem nog graag even “bij elkaar houden”. Komt later wel.
Maar als ik nu de lijstjes terugzie met alle “cravings” krijg ik een grote lach op mijn gezicht. Want hoe mooi is het, dat we dat nog voor hem konden doen. En vooral dat iedereen – of we ze nou kenden of niet – er alles aan heeft gedaan om dit voor hem te realiseren. En ik denk dat ik dat ook het ergste vond op het eind. Dat hij niet meer kon eten (had enorme tumor in zijn kaak en kreeg mond bijna niet meer open en in de laatste weken van zijn leven geen eetlust meer). En daardoor alleen nog maar maar Aquarius, drinkyoghurt en Fristi’s kon drinken. En daar zelfs nog van genoot. Zijn laatste blikje Fristi staat nog steeds op het koelkastje naast zijn bed. Als een symbool. En een herinnering aan hoe je steeds weer je grenzen kunt verleggen. Aan hoe slecht het ook met je gaat, dat ene ding toch kan maken dat je geniet!
Veel van de herinneringen die aan hem boven komen (gaat de hele dag door) zijn ook verbonden aan de dingen die we samen aten en dronken of die hij graag at. En omdat ik me zo voorgenomen had dat je herinneringen als iets moois moet zien en niet steeds pijn moet laten doen omdat je dan gek wordt, krijg ik als ik het zie of eet ook vaak een grote smile op mijn gezicht. Niet zo groot als die van hem kon zijn maar het scheelt niet veel….