Logo VARAgids
Alles over tv, series, films en podcasts

Zomerreeks (2): Rob van Essen neemt u mee naar een therapeutische hypnosesessie

21-07-2025
leestijd 5 minuten
236 keer bekeken
Zomerreeks_illu2_LobkevanAar

© Lobke van Aar

Deel twee van VARAgids’ estafetteverhaal: Rob van Essen neemt u mee naar een therapeutische hypnosesessie.

Dokter Marcuse zette de voicerecorder uit. Hij keek me aan met een neutrale blik, alsof hij wilde aangeven dat hij zich vooralsnog van elke conclusie of diagnose onthield, en volledig voor mijn inbreng openstond.

Mijn inbreng bestond uit een aarzelende vraag. ‘Dus dit heb ik zojuist allemaal… gezegd? Verzonnen?’ Ik keek niet naar de dokter, maar naar de voicerecorder die tussen ons in op het eikenhouten bureaublad lag.

‘Dit is wat u heeft verteld.’ Dokter Marcuse leunde achterover en haalde een hand door zijn witte haar.

‘Ik dacht dat dat anders ging met hypnose,’ zei ik. ‘Dat je onthield wat je gezegd had, en dat je je daar dan achteraf ontzettend voor schaamde.’

‘Dat is iets anders,’ zei dokter Marcuse. ‘We zijn hier niet op de kermis, of in een variétévoorstelling. Dat had ik ook kunnen doen. Dan had ik me Mario Marcusio kunnen noemen en mensen zich als honden kunnen laten gedragen, kijk, daar staat een lantarenpaal, doe maar een plasje, en de zaal ligt dubbel, kijk nou toch eens, hij doet het echt. Ja, dat had ik ook kunnen doen, ik had er vast erg rijk mee kunnen worden, maar in plaats daarvan heb ik voor een meer serieuze benadering gekozen.’

‘Goed, oké,’ zei ik haastig. Dit lag blijkbaar gevoelig bij de dokter. ‘Ik twijfel niet aan uw eh, expertise, ik ben tenslotte…’

‘Zelf naar mij toegekomen,’ vulde de dokter aan.

‘Zeker,’ zei ik. ‘Maar…’ Ik keek hem vragend aan. ‘Ik ben een berg?’

Dokter Marcuse strekte zijn hand uit naar een apparaat dat op een hoek van zijn imposante bureau stond en dat nog het meest leek op een ouderwetse faxmachine. Hij drukte op een knopje, waarna er soepel en geluidloos wat A4’tjes uit kwamen schuiven. Twee gaf hij aan mij, de andere twee hield hij zelf.

‘De transcriptie,’ zei hij. ‘Dat praat makkelijker.’

‘Dat valt nog te bezien,’ mompelde ik. De dokter trok een wenkbrauw op. ‘Kijk eens,’ zei hij gedecideerd, ‘u wilde een therapeutische hypnosessie omdat u met bepaalde vragen zat. Waar moet ik met mijn leven naar toe, wat is de zin van alles, wie ben ik, waarom kost het leven me zoveel moeite?’

Nu hij ze zo opnoemde, klonken ze behoorlijk lullig, als de vragen van iemand die voor zijn idioom afhankelijk was van tijdschriften over gezondheid en flapteksten van zelfhulpboeken, maar ik kon niet ontkennen dat ik de laatste maanden met deze vragen had geworsteld.

‘En het antwoord op die vragen is: ik ben een berg,’ knikte ik.

‘Zoals ik u van tevoren heb uitgelegd, worden vragen door mijn hypnosessies nooit rechtstreeks beantwoord, het zou ook raar zijn als dat wel gebeurde. U moet uw relaas, uw verhaal, dan ook zien als een bredere reactie, een metaforisch zelfportret waarin van uw vragen wordt uitgegaan en waaruit misschien ook de antwoorden te putten zijn waarnaar u op zoek bent. Ik vertel u hiermee natuurlijk niets nieuws. Zie het desnoods als een Rorschachtest, maar dan eentje waarbij u de vlek zelf hebt gemaakt.’

Ik liet mijn blik over de transcriptie glijden. Een berg, een richtpunt voor schepen. Dat klonk niet slecht. Andere dingen waren raadselachtiger. Wie waren die schipbreukelingen die zich in mij hadden gevestigd? En wat deed die aap in een plooi van die berg? Ik was het afgelopen jaar behoorlijk aangekomen waardoor ik nu plooien had op plekken die vroeger slechts glooiingen waren geweest, maar een aapje had ik daar nooit aangetroffen. Misschien had het wel wat, een heel klein aapje dat je in een plooi met je meedroeg; maar het aapje was dood, dat moest ik niet vergeten, dat maakte het idee een stuk minder aangenaam.

‘Die weerstand die u nu voelt, is overigens voor mij niets nieuws,’ zei dokter Marcuse die zo te horen een kalmerende toon in zijn stem probeerde te leggen. ‘Dat kom ik vaker tegen, het ontbreken ervan zou merkwaardiger zijn.’ Hij verstevigde de greep op zijn exemplaar van de transcriptie, wat hem het uiterlijk gaf van een nieuwslezer uit de vorige eeuw. ‘Zullen we er even doorheen gaan, en kijken wat er bij u naar boven komt, of u iets herkent of zegt: hé, dit is iets nieuws wat ik nog niet ken?’

‘Iets nieuws wat ik nog niet ken is dubbelop,’ mompelde ik terwijl ik de transcriptie oppakte. Ik legde hem meteen weer neer. ‘Nee,’ zei ik. ‘Nee.’ Ik had er opeens geen zin meer in, niet in dokter Marcuse, niet in de berg, niet in mezelf. Ik stond op, groette de dokter, en verliet zijn praktijk. Eenmaal op straat haalde ik opgelucht adem.

De rest van de dag had ik niet veel tijd om over mijn consult met dokter Marcuse na te denken, omdat ik nog een opdracht voor een krant moest afmaken. Pas toen ik de volgende ochtend op een terras op het Rouppeplein koffie zat te drinken, begonnen de herinneringen aan de sessie zich weer te roeren. Ik belde Christine, die mij dokter Marcuse had aangeraden.

‘En?’ vroeg ze. ‘Ik ben een berg,’ zei ik. ‘Met eeuwige sneeuw?’ ‘Hè?’ vroeg ik. Mijn verbazing gold niet zozeer de onverwachte vraag als wel het feit dat ik opeens aan een belendend tafeltje dokter Marcuse ontdekte. Van schrik verbrak ik de verbinding. Dokter Marcuse boog zich in mijn richting. ‘Wij zijn nog niet helemaal klaar,’ zei hij. ‘Jawel hoor!’ zei ik, en ik stond op en liep haastig weg. Iets te haastig, want ik werd gegrepen door een bus.

Een paar uur later werd ik wakker in het ziekenhuis. Toen ik mijn ogen opsloeg zat dokter Marcuse naast mijn bed. ‘De schade valt op zich mee,’ zei hij. ‘Voor u het weet bent u weer thuis. U moet mij mijn interesse in uw zaak vergeven, maar ik kreeg sterk de indruk dat u tijdens het afluisteren van uw relaas meteen wist over welke berg en welk eiland het ging. Klopt dat?’

‘Ja,’ zei ik, want hij had gelijk. ‘Ik dacht het wel,’ zei hij tevreden. ‘Uw masker van gespeelde verbazing en gevatte onverschilligheid was voor mij dun genoeg om doorheen te kijken. U bent daar geweest, is het niet? Het is een belangrijke locatie voor u.

Weer moest ik hem gelijk geven.

Dit artikel komt uit VARAgids 29/30, 2025. Over twee weken het vervolg van dit verhaal, door Philip Huff. Meer lezen? Ga naar varagids.nl/eiland.

Delen:

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief

Al 100 jaar voor