Ook in het nieuwe tv-programma Verkracht of niet ligt het gevaar op de loer om het slachtoffer medeschuldig te verklaren.
‘Dit is een grap toch?’ luidde een van de vele verontwaardigde reacties op de aankondiging van het nieuwe tv-programma Verkracht of niet. Want veertien jonge panelleden die zich afvragen of een nagespeelde, maar waargebeurde verkrachting acceptabel is of een grens passeert, dat is vragen om ongenuanceerde veroordelingen. ‘Waarom doet ze de deur dan ook open in een string?’ of: ‘Had ze maar niet zoveel moeten zuipen’ – het zal ongetwijfeld een paar keer in het panel rond getetterd worden. Seksueel geweld roept behalve medeleven namelijk bijna ook altijd reacties op wat in de psychologie blaming the victim wordt genoemd: het beschuldigen van het slachtoffer.
Zo ontlokte een bericht over een brute verkrachting vorig jaar in het Amsterdamse Amstelpark iemand op Facebook de reactie: ‘Goh wat een goed idee voor een jonge vrouw om in haar eentje om 1 uur ’s nachts in een afgelegen gebied te fietsen.’ En in de zaak van de Utrechtse Laura die in Qatar gevangen zat omdat ze verkracht was (in Qatar ben je dan schuldig aan seks buiten het huwelijk) disten journalisten details op over haar reismotieven en -gezelschap die suggereerden dat de verkrachting uitgelokt was. Zelfs mensen die dichtbij het slachtoffer staan, hebben die neiging om een deel van de verantwoordelijkheid bij de getroffene te leggen.
Voor het slachtoffer is zo’n reactie desastreus. Niet voor niets spreken hulpverleners over the second rape, omdat victimblaming bijna als erger wordt ervaren dan de verkrachting zelf. ‘Zo’n opmerking is zo verschrikkelijk schadelijk’, zegt emeritus hoogleraar Toine Lagro-Janssen die vijf jaar geleden het Centrum voor Seksueel Geweld in Nijmegen oprichtte. ‘Je aanvaardt niet wat iemand is overkomen en snijdt de weg naar erkenning af. Terwijl erkenning de eerste stap is naar verwerking.’
Dat mensen toch aan victimblaming doen, heeft onder andere te maken met de rotsvaste overtuiging van veel mensen dat de wereld een rechtvaardige plek is. Diep van binnen zijn we ervan overtuigd dat wie zijn best doet in het leven wordt beloond en wie in de problemen zit dat aan zichzelf te danken heeft. Jarenlang psychologisch onderzoek heeft die zogenoemde Just-World-Theory bevestigd en laten zien hoe diepgeworteld dat geloof is. Als we geconfronteerd worden met oneerlijkheid, hebben we daardoor de neiging om degene die dat overkomt verantwoordelijk te houden voor het gebeurde. De eerste die daar aanwijzingen voor vond, was sociaal psycholoog Melvin Lerner. In de jaren 60 deed hij een experiment waarbij proefpersonen moesten toekijken hoe mensen een stroomstoot kregen als ze slecht presteerden bij het maken van een test. Als de toeschouwers de mogelijkheid hadden om die shocks te beëindigen dan deden ze dat bijna altijd; maar als ze niets konden doen en gedwongen waren om te kijken, gingen ze steeds slechter over de gestraften denken. Alsof ze de realiteit in overeenstemming brachten met hun wereldbeeld.
Maar we doen ook aan victimblaming om onszelf te beschermen, zegt Lagro-Janssen. ‘Als ik denk dat een ander de verkrachting zelf heeft uitgelokt of dat ze dom gedrag heeft vertoond, kan ik mezelf wijsmaken dat het mij niet zal gebeuren. Want ik zou nooit op dat tijdstip op zo’n verlate plek fietsen; zo’n kort rokje dragen; zo dronken zijn. Op die manier kan ik mezelf blijven zien als iemand die controle heeft over zijn eigen lichaam.’ Zelfs slachtoffers doen om die reden aan een vorm van blaming – selfblaming: had ik maar niet naar hem gelachen; was ik maar thuisgebleven; waarom rukte ik me niet los? Het geeft ze het gevoel dat het hen niet nog eens kan overkomen; dat ze de volgende keer wel controle over de situatie kunnen hebben. De ijzingwekkende realiteit is dat slachtoffers van seksueel geweld 35 keer meer kans hebben om het nog eens mee te maken; vooral degenen die het trauma niet hebben verwerkt. Vermoedelijk doordat ze signalen die wijzen op gevaar over het hoofd zien.
Dat de panelleden van Verkracht of niet ook aan victimblaming zullen doen, ligt voor de hand. Maar dat is misschien wel goed, denkt Lagro. Uit recente cijfers van de EU blijkt dat een kwart van de Europeanen vindt dat vrouwen een verkrachting aan zichzelf hebben te danken als ze dronken waren, te sexy gekleed of zich niet genoeg hebben verzet. ‘Victimblaming komt op heel grote schaal voor. Dus laat maar zien hoe mensen denken. Dan kun je met behulp van deskundigen en onderzoek laten zien dat allerlei vooronderstellingen niet kloppen.’
Want we hebben volgens Lagro een verkeerd beeld van verkrachtingen, waardoor we seksueel geweld ook niet altijd even goed herkennen. We denken vooral aan een bruut die midden in de nacht vanuit de bosjes een onbekende vrouw belaagt. Dat komt natuurlijk ook voor, maar in 85 procent van de gevallen kennen dader en slachtoffer elkaar. ‘En dan is het ineens veel minder raar dat de vrouw met de dader meeging of dat ze hem niet van zich af sloeg toen hij iets deed waar zij “nee” tegen had gezegd.’ Bij Verkracht of niet gaat het om dat soort veel voorkomende zaken: een jongen die zijn trein mist na een feestje en bij zijn ex aanklopt om te overnachten, een leidinggevende die zich aan haar stagiair opdringt. Via de nagespeelde rechtszaak en de vragen van de presentatoren Geraldine Kemper en Tim Hofman kan de discussie in het panel worden beïnvloed en becommentarieerd.
Doel van het programma is om het taboe op verkrachting weg te nemen; om er over te praten. Want hoewel veertig procent van de vrouwen en 13 procent van de mannen te maken heeft gehad met grensoverschrijdend seksueel gedrag, zwijgt het merendeel daarover (al lijkt de hashtag #metoo daar nu een klein beetje verandering in te brengen). Victimblaming is daar een van de belangrijke oorzaken van. ‘Dus als er door dit programma gepraat wordt over de grenzen tussen flirten en grensoverschrijdend gedrag, en over een verschijnsel als victimblaming, dan is dat pure winst’, vindt Lagro.