Nadat corona de wereld twee jaar op slot gooide, heeft globetrotter Floortje Dessing haar rugzak weer uit de mottenballen gehaald. Ein-de-lijk. Voor het achtste seizoen Floortje naar het einde van de wereld bezoekt ze onder meer uithoeken in Belize, Argentinië en in het totaal onbekende eilandje Mohéli (onderdeel van de Comoren). Zij loodst haar kijkers opnieuw langs Instagram-waardige landschappen, kluizenaars, meerwaardezoekers en pure overlevers. En in de slipstream van die kleinere levens komen grotere thema’s aan bod, zoals stroperij en milieuproblemen. Maar hoe vergaat het de mensen bij wie zij eerder langs ging? We zochten contact met vier van hen. ‘Er hebben veel Nederlanders in onze olifantenopvang gewerkt door het programma. Fantastisch.’
De Britse Sarah Lurcock (59), werkzaam als conservator op het eiland South-Georgia, was in 2019 te zien in twee afleveringen. Ze woonde 20 jaar bij het voormalige walvis verwerkingsstation Grytviken naast het graf van poolreiziger Ernest Shackleton en tussen de ruïnes van de fabriek waar 175.000 walvissen de dood vonden. Dessing besteedde veel tijd aan dit indrukwekkende portret omdat het haar liefst drie weken kostte om in Grytviken te komen. In februari 2022 treffen we Lurcock in een gehucht in een mini-huisje aan de Engelse kust van Devon. Haar werkkamer is bekleed met behang van het poolgebied.
‘Tsja, onder normale omstandigheden had ik nu in Grytviken gezeten, maar de pandemie verhindert mij al twee jaar terug te reizen naar het eiland. Maar dat geldt dus ook voor de bezoekers. Er kwamen er al niet veel omdat een expeditie naar South-Georgia zo’n 10.000 euro kost. Maar waar het museum normaal gesproken 10.000 toeristen per jaar ontvangt, komen er nu hooguit 1000. Het verhalen vertellen aan hen mis ik het meest. Gek: ik had gedacht dat ik vooral heimwee naar de natuur en de pinguïns en robben zou hebben. Maar het is de complete setting van het afgelegen gebied en de interactie met de bezoekers waar ik naar verlang. Ik stel me flexibel op: heb online exposities en programma’s gelanceerd en houd me vanuit hier bezig met promotie en fundraising voor het museum. Daarnaast heb ik me als een echte Britse gestort op tuinieren: ik ben een expert op het gebied van narcissen, krokussen en tulpen. Ik vind het mooi de wisselingen van de seizoenen mee te maken. En ander voordeel: ik zie mijn man weer eens. Sterker: we zitten dag en nacht op elkaars lip. Wanneer ik in Grytviken verbleef, zag ik hem soms twee jaar niet. Ik heb een soort aan- en uitknop waardoor ik me makkelijk kan aanpassen aan totaal verschillende situaties. Mijn reisschema voor de terugtocht zit al twee jaar in mijn hoofd en ik hoop dat het er in oktober eindelijk van komt. Dan wil ik het museum overdragen aan mijn opvolger en mij voorgoed in Engeland vestigen.’
Vijf jaar geleden bezocht Floortje het Duitse stel Ingmar en Veronika dat in 2009 Stuttgart inruilde voor een afgelegen stuk grond op een paar uur van het Chileense Coyhaique aan de voet van de Andes. Ze woonden er met negen kinderen in een zelfgebouwd huis zonder stromend water en elektriciteit. Doel: zelfvoorzienend zijn en in het moment leven met weinig bezittingen. In februari 2022 is er nog een baby bijgekomen en verblijven ze in een provisorische hut een paar uur van het meer noordelijk gelegen Villa Paulina. Veronika (43): ‘We zijn verhuisd omdat de grond bij Coyhaique te rotsachtig was om voldoende groenten te verbouwen en voedsel voor onze geiten, kip- pen en schapen. Op de nieuwe plek kan dat wel. Ingmar bouwt met onze zoon Jonathan een nieuwe boerderij. Omdat ze geen hulp krijgen en er weinig geld is gaat dat langzaam, ze zijn al twee jaar bezig. Ik hoop dat we er nu voor de winter in kunnen want het wordt hier dan steenkoud. Ons vorige huis hebben we voor een goed bedrag kunnen verkopen. Daardoor hadden we geld om met het hele gezin begin 2020 naar Duitsland te vliegen om familie te bezoeken. De drie oudsten zijn er gebleven: ze willen er studeren en rondkijken in de bewoonde wereld. Ik mis hen vreselijk en hoop echt dat ze voorgoed bij ons terugkeren, maar
ik besef dat ze hun eigen keuzes maken. Ik kan en wil hen nergens toe dwingen. Onlangs heb ik ze nog gezien toen ik voor een operatie terug moest naar Duitsland. Ik heb enorm last van het carpale-tunnelsyndroom waardoor ik mijn handen nauwelijks meer kon gebruiken. Het komt van het keiharde werken op het land en het melken van de dieren. Ik heb nu tegen de kinderen gezegd dat zij meer taken moeten overnemen, ik kan dat niet meer. Mijn man werkt als gids en door corona is het moeilijk geld verdienen. Daarom probeer ik worst en kaas te verkopen en we hebben een lening moeten nemen. Op het moment hebben we echt niet veel te besteden, maar we zijn tevreden met weinig.’
Lees verder in VARAgids 10 vanaf bladzijde 30.
Meer over:
artikelenOntvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief