Logo VARAgids
De VARAgids online heeft uitgelichte artikelen, allerlei winacties, podcasts en het tv-overzicht.

Pijnlijke geschiedenis

14-04-2020
  •  
leestijd 2 minuten
  •  
GettyImages-144398374
DOOR CLEMENTINE VAN WIJNGAARDEN
William Styron, schrijver van Sophie’s choice was de eerste auteur die beschuldigd werd van culturele toe-eigening. ⁠Hoe kwam het zover?⁠


Mag een witte Amerikaanse schrijver zomaar het perspectief van een zwarte slaaf of een Joodse vrouwelijke Holocaust-overlevende toe-eigenen? Nee, klinkt het tegenwoordig in brede kring. Dit soort culturele-toe-eigening, dat uitgelegd kan worden als het overnemen van bepaalde aspecten uit een cultuur dat niet de eigen is, wordt als steeds ongewenster beschouwd.

De Amerikaanse William Styron was de eerste auteur die van ‘cultural appropriation’ werd beschuldigd – dat was eind jaren 60. Styron, geboren in 1925 in de zuidelijke staat Virginia, was begin jaren 60 begonnen aan een groot project. Een roman geschreven vanuit het point-of- view van Nat Turner, de zwarte slaaf die in 1831 in Virginia een van de bloedigste slavenopstanden ooit leidde, waarbij meer dan vijftig blanken omkwamen. Turner zelf wist te ontsnappen
en twee maanden op vrije voeten te blijven voordat hij werd opgepakt. In de gevangenis waar hij wachtte op zijn berechting (ophanging, zonder proces), werd hij bezocht door een advocaat uit Baltimore, die een verslag maakte van hun gesprekken. De advocaat was onder de indruk van de ‘slavenpriester’, die van zijn ouders had leren lezen en schrijven en volgens hem ‘van nature intelligent en snel van begrip was’. Hij beschreef hun gesprekken in een pamflet getiteld The confessions of Nat Turner, waarop Styron op zijn beurt zijn eigen, gelijknamige, boek baseerde. De auteur veroorloofde zich veel vrijheden bij het schrijven. Van het personage Turner maakte hij enerzijds een held; een visionair met het gelijk aan zijn kant, maar hij gaf hem ook eigenschappen mee die uit eigen koker kwamen, zoals een flirt met homoseksualiteit en een amour fou met een blanke belle (die hij zou vermoorden). ‘Een meditatie van de geschiede- nis’ noemde hij het zelf in het voorwoord.

Schrijvers in de jaren 60 konden zich veel meer vrijheden permitteren dan tegenwoordig
– kijk naar auteurs als Tennessee Williams die zich in A streetcar named desire identificeerde
met de onbehouwen anti-held uit de arbeidersklasse Stanley Kowalski. Of Norman Mailer die in zijn boeken het perspectief van Texaans uitschot en Ierse maffiosi koos, als ook de Afro-Amerikaanse auteur James Baldwin die goed raad wist met vertellers die de grenzen van ras en seks opzochten. Desondanks begon Styron beslist niet luchthartig aan zijn boek. Hij had zich wel degelijks afgevraagd of hij in het hoofd van een zwarte slaaf kon kruipen. Hij, wiens eigen grootouders zelf slaven hadden gehad bovendien. ‘Ja,’ zei zijn vriend, James Baldwin, die begin jaren 60 een tijd bij Styron en zijn vrouw inwoon- de, ‘doen’.

Lees meer in VARAgids 16 vanaf pagina 28.

Meer over:

cultuur, #artikelen
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief