Op zoek naar Alain Delon (3): 'May I join you?'
• 07-06-2017
• leestijd 3 minuten
Dagelijks bericht filmredacteur Clementine van Wijngaarden vanaf het Roemeense Transilvanian Filmfestival Cluj, waar ze op zoek gaat naar hoofdgast Alain Delon.
‘May I join you – mag ik er even bij komen’. Het is een van de meest uitgesproken zinnen op een filmfestival. Je maakt snel vrienden, al zijn die contacten vaak vluchtig als de wind. Vanmorgen nog, aan het ontbijt, vroeg de Amerikaanse filmprofessor Steven Kovac of hij er ‘bij mocht komen zitten’. Terwijl we onze thee dronken, praatten we over koetjes, kalfjes en natuurlijk over film, de gemeenschappelijke deler waarmee je elk spaaklopend gesprek weer op gang kunt brengen. Maar professor Kovac verstaat de kunst van het converseren als geen ander. Van origine Hongaar, emigreerde hij in 1959 met zijn ouders naar Amerika. Hij kwam terecht bij de film. Deed productie bij de legendarische Roger Corman, schreef boeken en werd professor aan de Universiteit van San Francisco. Doceren doet hij nog steeds – al is hij inmiddels gepensioneerd. Ook voor hem is het zijn eerste bezoek aan Cluj en samen bezingen we de schoonheid van de stad met zijn kerken en parken, bizarre communistische appartementblokken en de straat, ‘mirrorstreet’ in het Engels, waar de ene kant en de andere kant elkaars spiegelbeeld zijn.
Een taxichauffeur vertelde gisteren dat Cluj-Napoca, de tweede stad in Roemenië, het snelst groeiende van het land is. Iedereen wilde volgens hem hier naar toe, omdat het, anders dan Boekarest, zo groen is, cultureel rijk en er meer werkgelegenheid is dan in de rest van het land. En er zijn studenten, meer dan 100.000 (op een populatie van 400.000) op tientallen departementen.
Gisteravond hadden we een jurydiner. We aten bonensoep in een uitgehold brood, een van de signature dishes van het land. De twee andere juryleden (uit Polen en Griekenland) en Ana, onze Angel, haalden herinneringen op aan vroeger. ‘Polen was arm, maar Roemenië was nog veel armer,’ zegt Mikal, de Poolse criticus. ‘Ik herinner me een vakantie toen ik vier was. Bepakt en bezakt in een piepkleine auto, waren we op doorreis naar Bulgarije, naar de Zwarte Zee. Ik weet nu nog dat in Roemenië niets was; de elektriciteit ging om 18.00 uur uit, er was amper te eten.’ Ana knikt. Zelfs zij, in 1992 geboren, drie jaar na de val van het communisme, herinnert zich de lege winkels en de duisternis ’s avonds.
Ze herinneren zich ook beiden de komst van de eerste McDonald's, Mikal in Warschaw in 1992. ‘Er zijn nog foto’s van de elite die er met milkshakes in de hand staan.’ En Ana in Cluj, waar in 1997 de eerste McDonald's haar deuren opende. ‘Daar eten was hét familie-uitje de eerste paar jaren.’ Na het diner lopen we door de mall naar de bioscoop. McDonald's, Starbucks, de Zara en de H&M wisselen elkaar af. Het zou ook Amsterdam kunnen zijn. Warschaw, Athene of San Francisco. Hier binnen de muren van het winkelcentrum doet niets aan Roemenië denken. Vooruitgang is niet altijd een stap vooruit. Ook daarover zijn we het eens.