Buffy the Vampire Slayer meets Stranger Things meets La Haine.
Mortel draait om tiener Sofiane (Carl Malapa) – type ruwe bolster, blanke pit – die in een Franse banlieu naarstig op zoek is naar zijn broer die al vier maanden vermist is. In zijn zoektocht verbindt hij zich met zijn excentrieke leeftijdsgenoot Victor (Némo Schiffman), die hem vervolgens bijstaat in de strijd tegen een demonische god. Het resultaat is een combinatie van Buffy the Vampire Slayer, Stranger Things en La Haine (1995). Onvervalste genretelevisie dus, gericht op de jongere kijker. Want Mortel pretendeert – en slaagt daar bij vlagen in – hip én fris te zijn.
Showrunner Frédéric Garcia is geen nieuwkomer in de wereld van coming-of-age-televisie. Zijn vorige twee projecten draaiden al om de perikelen rondom een middelbare school. Ditmaal vermengt hij jeugdige misère en wellust met horror. Want op een dag verschijnt het oppermachtige wezen Obé – een zwarte man met roodgloeiende ogen – ineens voor Sofiane: als hij iemand vermoordt, dan krijgt hij zijn getergde broer – die hij ziet in een visioen – in ruil terug. Maar de hoofdpersoon heeft logischerwijs morele bezwaren tegen zo’n daad en probeert zich op een andere manier te verzetten tegen Obé.
Hier komt klasgenoot Luisa (Manon Bresch) in het spel: ze praktiseert met haar grootmoeder voodoo. Zodoende verdiept ook Sofiane zich in deze religie. Aan het einde van de eerste aflevering dompelen Sofiane en Victor zich onder in een bloedritueel. Waarop de eerstgenoemde bruut ineens over superkrachten beschikt en doet waar elke rebelse puber weleens van heeft gedroomd: het lichaam van een zeurende meester overnemen, en die met een helse kracht met zijn hoofd tegen het krijtbord aan slaan. Rondspattend bloed vliegt vervolgens door het klaslokaal.
De bovengenoemde scène is overigens exemplarisch voor hoe grotesk en gewelddadig – en ook bij vlagen zwoel, getuige de liefde tussen Sofiane en Mélanie (Katie Anne Rich) – Mortel is. De Netflix Original is niet voor diegenen met een zwakke maag – en voor de piepjonge kijker. Hoewel, en dat is wel een kanttekening, de serie nergens écht spannend wordt. Obé oogt ook niet echt als een demonische god, maar als een cyberpunker die vierkante ogen heeft gekregen van het bingen. Niettemin moet toegejuicht worden dat genretelevisie steeds meer gezichten krijgt, in een keur aan landen.
Het enige nadeel daarvan is dat Mortel qua verhaalstructuur en esthetiek nogal lijkt op The Protector (of elke andere willekeurige Netflix Original genretelevisieserie). Netflix creeërt eenheidsworst, en het wordt steeds moeilijker om iets unieks te maken. Het is een soort van 'self-fulfilling prophecy': dit is waar de kijker naar smacht en dus maken we het in veelvoud. Dat pakt niet altijd goed uit, maar Mortel weet er nog een authentieke draai aan te geven.