Een uitgerangeerde acteur mag opnieuw in de huid kruipen van het personage dat hij een kwart eeuw eerder speelde in een foute tv-serie, als hij gevraagd wordt mee te helpen een moordzaak op te lossen.
Mindhorn heette de jaren tachtig-serie waarin Richard Thorncroft de hoofdrol speelde. Ze draaide om Bruce Mindhorn, een voormalig geheim agent die ooit gevangen was genomen door de Sovjets. Tijdens een experimentele operatie werd bij hem een optische leugendetector geïmplanteerd, waardoor hij letterlijk de waarheid kon zien. Na te zijn ontsnapt keerde hij terug naar het eiland Man, waar hij als detective misdaden oploste. Na drie seizoenen kwam er een eind aan de serie en acteur Thorncroft zou voortaan alleen nog gevraagd worden voor vage reclames. Hij mag 25 jaar later dan een bierbuik en een toupet hebben, Thorncroft loopt nog steeds over van zelfvertrouwen en denkt zijn carrière een nieuwe stimulans te kunnen geven als de verdachte in een moordzaak op het eiland Man vraagt naar detective Mindhorn.
Het bovenstaande is de kern van het speelfilmdebuut van de Britse regisseur Sean Foley, die voorheen voornamelijk in het theater werkzaam was. Het scenario werd geschreven door zijn landgenoten Julian Barratt en Simon Farnaby, twee in Nederland relatief onbekende acteurs. Barratt neemt de rol van Bruce Mindhorn voor zijn rekening, terwijl Farnaby Clive Parnevik vertolkt, de Nederlandse stuntdubbel van Thorncroft, die voornamelijk met ontbloot bovenlijf of in een Oranjeshirt rondloopt en een accent heeft dat doet denken aan dat van Austin Powers’ Goldmember.
Met een producent als Ridley Scott, acteurs als Andrea Riseborough en cameo’s van Kenneth Branagh en Simon Callow heeft deze filmkomedie aardig wat grote namen aan zich weten te verbinden. Uitgebluste acteurs die hun personage nieuw leven mogen inblazen omdat iemand denkt dat hun personages echt zijn: het uitgangspunt van Mindhorn doet denken aan bijvoorbeeld Galaxy Quest, maar haalt dat niveau niet. Qua toon en humor roept Mindhorn associaties op van het werk van Steve Coogan, waarin het handelen van diens karakter Alan Partridge vaak leidt tot pijnlijk schurende situaties. Coogan is dan ook niet alleen coproducent van de film, maar komt er ook in voor: als bijrolacteur van de – wél succesvolle – Mindhorn-spinoff-serie Windjammer.
Mindhorn is een plezierige komedie met charmante personages en enkele goede grappen, maar weet nergens te verrassen of tot grote hoogten te komen. De beelden van de fictieve jaren tachtig-serie zien er evenwel overtuigend campy uit, en vergeet niet te luisteren naar het foute nummer onder de aftiteling - een heerlijk vette knipoog naar de zangcarrière van David Hasselhoff. Ook de oude merchandise van de tv-serie is even stupide als overtuigend. Al met al valt Mindhorn het best te bestempelen als een mooie ode aan het type televisieserie waar hele generaties mee zijn opgegroeid en met warme gevoelens aan terugdenken, maar waarvan ze zich achteraf afvragen hoe ze ooit die meuk serieus hebben kunnen nemen.