Logo VARAgids
De VARAgids online heeft uitgelichte artikelen, allerlei winacties, podcasts en het tv-overzicht.

Interview met David Van Reybrouck

11-01-2021
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
369 keer bekeken
  •  
prepr david
DOOR ANNEMART VAN RHEE
De Vlaamse schrijver reisde naar Indonesië om research te doen naar het Nederlandse koloniale verleden aldaar. ‘Van alle landen blijkt Nederland het meest trots en het minst beschaamd over zijn historie.’
De Vlaamse auteur David Van Reybrouck beschikt niet alleen over een magistrale pen, een fotografisch geheugen en het vermogen om in recordtempo Indonesisch te leren. Ook in zijn bagage: humor en een eindeloze hoeveelheid geduld, zo blijkt uit de driedelige NTR-serie Revolutie in Indonesië van documentaire-makers Djoeke Veeninga en Marlou van den Berge.
Het duo volgde Van Reybrouck tijdens zijn vijf jaar lange zoektocht voor Revolusi, na Congo zijn tweede historische tour de forceover dekolonisatie. Hoofdmoot: zijn research naar de Nederlandse aanwezigheid en het geweld in Indonesië en naar de worsteling om onafhankelijkheid. Maar de filmers legden ook triviale zaken als muggenaanvallen, exercities in wachten, levensgevaarlijke betjakritten en ander ongemak vast. Commentaar van Van Reybrouck: ‘Wie zegt er dat non-fictie saai is?’
In Japan draaiden de camera’s tijdens zijn ontmoeting met de 101-jarige Shiono Fukatsu. Van Reybrouck stak ongelofelijk veel tijd en energie in het opsporen van de voormalige militair die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Indonesië was gestationeerd.
‘Na grondige research was mijn enige aanknopingspunt een fax-nummer waar we met penseelpen een verzoek in Japanse karakters naartoe stuurden. Een fax. In deze tijd. Toch: het werkte. Ik verheugde me: een schitterende getuige,’ aldus de auteur vanuit zijn woonplaats Brussel. Maar in plaats van een coherent verhaal vuurt de hoogbejaarde in de documentaire allerlei onsamenhangende oneliners in diverse talen af op de Belg en zijn steeds wanhopiger kijkende tolk. De scène eindigt bijna kolderiek: onderzoeker Van Reybrouck praat tegen de buikspreekpop die Fukatsu speciaal voor zijn gehoor tevoorschijn heeft getoverd. Alsof het een kinderfeestje betreft in plaats van een bijeenkomst over precaire zaken als oorlog en interneringskampen. ‘Hij bleek een stuiterbal. Ik kon hem totaal niet volgen. Op een gegeven moment lachte ik maar mee en dacht: laat Djoeke en Marloe maar filmen, misschien zit er toch iets tussen. Drie uur materiaal hebben zij laten vertalen, 45 pagina’s. Het bleek een indrukwekkende getuigenis.’
Illustratief voor zijn arbeidsintensieve aanpak, registreerden Veeninga en Van den Berge die ook meereisden naar onder meer Java, Ambon, Nepal en het kleine eiland Morotai. In die uithoek – ‘in de klei van de geschiedenis’ – loopt het hele dorp uit als Van Reybrouck het ontroerende relaas van de bejaarde zussen Yomi en Hatija Rauf met potlood in een van zijn 26 Revolusi-schriften optekent. Ze vertellen dat de Nederlanders hen lieten verkommeren en onder de Japanse bezetters werd dat, met rijstzakken als kleding en boomschors als eten, nog erger. Ondanks die uitbarsting van emoties zit Van Reybrouck aan het einde van het gesprek gezellig met het bet-bet-achterkleinkind van een van beide vrouwen op schoot.

Hoe kun je vijf jaar research en 200 ontmoetingen vangen in aantekeningen met een old school potlood?
Ik ben fan van old school. Van puntenslijpers, schriften, steekkaarten, papier. Ik houd van lekker tastbaar en  weiger mijn bestaan te reduceren tot iets wat zich op een scherm afspeelt. Ik werk ook alles met de hand uit en kan dan bijna woordelijk reproduceren wat iemand heeft gezegd. Pas op het allerlaatste moment gebruik ik een computer of laptop. Mijn boeken en ook mijn theaterstukken maak ik in mijn atelier waar geen internet is. Om goed te kunnen schrijven, blijf ik liever offline. Dan kan ik dieper in de materie duiken en focussen, dat komt mijn concentratie ten goede. Ik zou ook rustig de hele dag kunnen googlen, ik kom dan interessante zaken tegen, maar verlies mijn focus. Daarom kies ik ervoor om gericht online te gaan. Ik noteer in mijn atelier wat ik wil googelen, vaak 20 puntjes per dag. In drie kwartier heb ik dan gevonden wat ik wil weten. Technologie is erop gericht om ons te laten afleiden. Facebook doet er alles aan om ons bij ons werk weg te houden en ons hoofd en brein cadeau te doen aan Mark Zuckerberg en zijn adverteerders. Ik weiger mijn aandacht gratis weg te geven, ik zonder mij liever af om te focussen. Concentratie is zoiets moois, dat geef ik niet weg aan mensen die er fluitend rijk mee worden en tijdens datzelfde proces de democratie wereldwijd kapot maken.

Heb je last gehad van corona tijdens het maken van het boek en de documentaire?
Ik heb er nauwelijks iets van gemerkt. Maar ja: ik leef mijn hele leven al in een lockdown. Boeken schrijven is niets anders dan een vorm van een lockdown. Toen ik tijdens de eerste lockdown door een stil Brussel fietste, drong het pas na enige tijd tot me door: goh, het is hier wel erg leeg. Ik heb het geluk gehad dat ik niemand dichtbij heb verloren en dat ik mijn reizen voor de uitbraak had afgerond. Kon ik zonder zo’n struikroverslap voor mijn mond interviewen.

Lees verder in VARAgids 3 vanaf pagina 8.

Meer over:

#artikelen
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief