Net als wij zag Jeroen Wollaars ooit Duitsland als een soort Nederland, maar dan groter. Inmiddels is de correspondent te Berlijn echter te vaak verrast – zowel positief als negatief.
Je bent sinds januari 2015 NOS-correspondent in Berlijn. Wanneer moest je je denkbeelden over Duitsland bijstellen?
Voor ons als Nederlanders is het aanlokkelijk te denken dat wij die Duitse cultuur wel begrijpen. Immers, waarom zou het gebied op een paar kilometer ten oosten van Nijmegen nou heel anders in elkaar zitten dan het gebied ten westen van Nijmegen? Toch zijn er een paar momenten geweest waarop ik een les heb geleerd. Het is bijvoorbeeld een misverstand dat alles in Duitsland goed georganiseerd is. Berlijn ligt bijna in Oost-Europa, dit land kent een enorme bureaucratie. Bij mijn postkantoor staan rustig twintig mensen in de rij te wachten, terwijl twee beambten achter een loket de postzaken regelen. Je inschrijven in het gemeenteregister is bijna onmogelijk. Als je een afspraak maakt, moet je drie maanden wachten voor je terechtkan. [blendlebutton]
Werkt de Duitse politiek ook anders dan je dacht?
Ik veronderstelde dat Duitsland een principieel land was. Noem het naïef, maar ik schrok ervan hoe anders het kon zijn toen vorig jaar Ahmed Mansour, een journalist van nieuwszender Al-Jazeera, in Berlijn werd aangehouden op verzoek van de Egyptische autoriteiten. Duitsland, een land dat continu principiële standpunten inneemt op het gebied van mensenrechten en vrijheid van meningsuiting, kon dus toch opeens de andere kant op kijken omdat er nu eenmaal een verzoek tot uitlevering lag. En ondanks het feit dat we wisten hoe Egypte met de persvrijheid omgaat. Ik legde een woordvoerder van Buitenlandse Zaken voor dat ik twee Al-Jazeera-journalisten kende, en vroeg hem of zij bang moesten zijn gearresteerd te worden als ze voet op Duitse grond zetten. ‘Dat zou kunnen,’ zei hij. Dat vond ik schokkend.
Beïnvloedt zoiets je werk?
Het heeft me cynischer gemaakt. En realistischer. Daarom zeg ik tegen beginnende correspondenten: loop eerst een tijdje rond in je nieuwe land voordat je oordeelt. Dan raak je voorbij je eigen clichés.
Wat zegt zo’n incident over de volksaard?
Een heel volk analyseren vind ik ingewikkeld. Wel denk ik dat je hieruit twee dingen kan halen: dat in Duitsland een zekere inflexibiliteit heerst en een heilig geloof in regels zijn regels. Gesetz ist Gesetz. Een ambtenaar zag een Egyptisch verzoek tot uitlevering en dacht: dat gaan we uitvoeren. Vervolgens vond niemand dat even moest worden overlegd of dat wel zo’n goed idee was. Mansour werd pas een paar dagen later weer vrijgelaten. Dat zou in Nederland veel efficiënter zijn afgehandeld. Daar durven mensen, ook ondergeschikten, meer zelf na te denken. Improviseren, en dat zou ik wél haast aan de volksaard willen koppelen, is hier echt lastig. Ik merk het privé ook. Onlangs moest ik bij de fysiotherapeute 103 euro betalen. Ze zou mij de rekening per post sturen, vertelde ze me over de telefoon. Nu wist ik dat zij zat op dat geld zat te wachten, dus ik antwoordde: ‘Als je het bedrag noemt, kan ik het gelijk overmaken.’ Nee, het moest per post. ‘Stuur me de rekening dan per e-mail,’ opperde ik. Nee, ze deed het per post, want dat was de manier waarop ze het hier deden. Wil je iets buiten het systeem oplossen, dan krijg je verbaasde reacties.
Je college in DWDD Summerschool gaat over de invloed van de Tweede Wereldoorlog op het Duitsland van nu. Gaat die vlieger nog op? Er lopen al jaren Duitse soldaten rond in het buitenland, sinds het WK Voetbal van 2006 mag zwaaien met de nationale vlag weer, in Europa is Duitsland inmiddels het belangrijkste land. Wordt het hoofdstuk Tweede Wereldoorlog niet juist afgesloten?
Nee. Half juli vond een presentatie plaats van de Bundeswehr. Daar werd gezegd dat het leger in sommige gevallen zou kunnen worden ingezet voor binnenlandse doeleinden – verboden sinds de Tweede Wereldoorlog, want in het binnenland is de politie de baas. Dat werd met de grootst mogelijke voorzichtigheid ingekleed. Er werd gezegd dat samen met de politie zou worden geoefend, dat de politie natuurlijk leidend blijft, dat veel is overlegd met de deelstaten. Dit is maar één klein voorbeeld. Toen ik naar Duitsland vertrok, maakten vrienden de grap dat ik elk item zou eindigen met de woorden: ‘…maar dat heeft natuurlijk met de Tweede Wereldoorlog te maken.’ Nu denk ik: nou, veel heeft daar tóch mee van doen.
Ook ‘Wir schaffen das’?
Die Willkommenskultur ten opzichte van hedendaagse vluchtelingen heeft zeker met het verleden te maken. Toch zie je daar ook iets anders dan schuldgevoel. De oorlog zorgde ervoor dat twaalf miljoen bewoners van voormalige Duitse gebieden in Oost-Europa hun thuis moesten verlaten. Duitsland heeft deze Vertriebenen opgevangen. Dat is gelukt. Wij kunnen dat, vinden de Duitsers. Onderzoek wijst uit dat de meeste Duitsers zich niet meer schuldig willen voelen over het verleden en een politiek voorstaan die zich minder laat leiden door de Tweede Wereldoorlog. Toch verloopt de verandering heel langzaam. Dat de Duitsers zich bewust zijn van de oorlog, zie je overal terug.
Waar, bijvoorbeeld?
In de debatcultuur. Een belangrijk debatprogramma in Nederland, Buitenhof , wordt op zondagmiddag uitgezonden en heeft drie gesprekken van twaalf minuten. Dat vind ik ongelooflijk. Hier kun je dergelijke debatten op primetime zien en ze duren wel anderhalf uur. Ja, ze zijn misschien saai en ze kunnen korter, maar ze zijn extreem goed uitgebalanceerd en ze krijgen de aandacht. Daar kunnen wij iets van leren. Ik snap niet dat de Nederlandse publieke omroep in de zomer geen debatprogramma op de buis brengt. Als ik autorijd, luister ik naar de verkeersinformatie, en dan hoor ik welke straten afgesloten zijn vanwege demonstraties. Alleen al Berlijn telt er vijfduizend per jaar. Mensen gaan de straat op om voor hun mening uit te komen, en politici luisteren naar hen. Dat is een heel inspirerend verschil met Nederland. Nederlanders van mijn generatie zijn in de basis nihilistisch geworden. Wie gaat er nog de straat op? Iets anders: de PVV zou in Duitsland niet mogen bestaan, want een partij die geen interne democratie kent, mag niet meedoen aan de verkiezingen. Dat heeft met de weerzin tegen het Führerprinzip te maken.
Dus de lijn naar het verleden valt nog steeds direct te trekken, concludeer jij?
Ja. Het wordt vaak gezegd dat Duitsland worstelt met zijn verleden. Ik denk dat we voor worstelen een positiever woord moeten bedenken. Het is meer dan dat. Het heeft een cultuur opgeleverd waar de Duitsers, vind ik, trots op mogen zijn.