De nieuwe serie met Kiefer Sutherland is niet perfect, maar heeft potentie.
Binnen vier minuten het Capitool, de president van Amerika en het hele congres opblazen tijdens de State of the Union, dat is lekker binnenkomen in een nieuwe serie. Het eerste wat je vervolgens verwacht als Kiefer Sutherland in beeld verschijnt, is dat hij een geweer trekt, ‘ Damn it Chloe ’ fluistervloekt en de wegtikkende 24 -klok in beeld verschijnt. Maar niets van dat. Sutherland is geen Jack Bauer meer, hij is Adam Kirkman, de Amerikaanse minister van Volkshuisvesting en Stedelijke Ontwikkeling. En als Designated Survivor is hij tevens de enige die precies voor dit soort gevallen niet in het Capitool aanwezig was. Daardoor is de ietwat sullige Kirkman, die die ochtend als ‘promotie’ nog een obscuur Ambassadeurschap in Canada kreeg, vanuit het niets de nieuwe president.
Hoewel je dit uitgangspunt makkelijk voor een komedie zou kunnen gebruiken, denk maar aan het uit 1991 stammende King Ralph met John Goodman , wordt het hier gebracht als een serieus en spannend drama. En Sutherland is precies de juiste man voor de rol. Alle maniertjes die hij richting zijn einde als Jack Bauer had verzameld, en die je ook regelmatig in zijn andere film- en televisiewerk voorbij zag komen, heeft hij van zich afgeschud. Hij speelt naturel en is overtuigend als de schuchtere en kwetsbare Kirkman, die net als de kijker overweldigd is door wat er om hem heen allemaal gaande is. Zo moet hij opeens leiding geven aan een staf die bepaald niet onder de indruk is van zijn kwalificaties, krijgt hij te maken met Iran dat van de aanslag gebruik maakt om even de spierballen te laten zien en heeft hij een gezin dat zich moet aanpassen aan de nieuwe situatie. Ondertussen probeert FBI-agent Hannah Wells (Maggie Q) uit te zoeken wie er achter de aanslag zat.
De eerste aflevering kent helaas wat uitgekauwde dialogen en obligate familieperikelen, maar er worden genoeg intrigerende verhaallijnen uitgezet om dat voor nu even door de vingers te zien.