Dit is voorlopig mijn laatste column en ik wil jullie bedanken voor de reacties die ik kreeg. Vaak gingen ze over ontroering maar er waren ook lezers die de column minder konden waarderen. Ook die reacties vond ik waardevol, zeker als de kritiek opbouwend van aard was. Ik ben geen begenadigde schrijver, en misschien word ik dat ook nooit. Ik zie mezelf meer als verhalenverteller. Niets is mooier dan het verzamelen van verhalen en ze mogen doorvertellen. In het Midden-Oosten wordt die traditie, met haar orale vertelcultuur in de vorm van vertellingen, poëzie of muziek, nog steeds in ere gehouden. Daar vertelt men al 20.000 jaar verhalen aan elkaar. Wat begon met oude grotschilderingen, werd later gecultiveerd en in andere vormen doorgegeven. Ik hoop dat het komende jaar jullie vele lichtpuntjes gaat brengen. Ook al is het leven niet altijd even makkelijk, het mag nooit reden tot wanhoop zijn. En oordeel iets minder over elkaar. We doen het de hele dag en ik doe er zelf vrolijk aan mee, maar later moet ik mijn mening vaak schaamtevol bijstellen. Ik heb jullie al vaker wat verteld over het soefisme en Rumi. Een van de belangrijkste lessen van deze liefdevolle en tolerante leer is dat je van tijd tot tijd je ego in duizend stukken af moet breken. En dat je erkent dat het hypocriete in elke mens zit en dat je daar jezelf mee moet confronteren. Dat stemt je milder over je eigen oordeel, maar ook milder over anderen. We zijn nu eenmaal mensen met mooie en mindere mooie kanten en juist in die imperfectie schuilt schoonheid en kwetsbaarheid. Ik hoop dat we komend jaar wat milder over elkaar oordelen, naar elkaars zorgen en noden luisteren, wat meer omkijken naar elkaar en vergevingsgezinder worden. Ik wens jullie al het moois toe en houd elkaar stevig vast.
Dit is de laatste column van Sinan Can.
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief