Jimmy is passé. De pretenties zijn overboord. Zwendelaar Saul is aan zet.
Actrice Rhea Seehorn, die in Better Call Saul strafpleiter Kim Wexler speelt, blikte onlangs in gesprek met The Los Angeles Times al vooruit op het feit dat haar personage op een gegeven moment uit de serie zal worden geschreven. Het drama speelt zich immers af in de jaren voorafgaande aan Breaking Bad, en in Walter White’s verhaalwereld komt Kim Wexler niet voor. Het is een bitterzoete constatering: Seehorn beschouwt haar werk in Better Call Saul als de voorlopige kroon op haar acteercarrière. En wie had kunnen vermoeden dat ze, als het morele kompas van de serie, zo’n impact zou hebben?
Aan het einde van de openingsaflevering van het vijfde seizoen zien we hoe Wexler intussen in hetzelfde schuitje zit als Jimmy (Bob Odenkirk). Ze ontfermen zich als advocaten over de minderbedeelden uit de samenleving. Wexler doet dit – naast haar goedbetaalde baan - met behulp van met passie doorwrocht doorzettingsvermogen; Jimmy bedient zich van de gebruikelijke zwendelpraktijken. Wexler kan het op een gegeven moment ook niet laten om een naïeve cliënt, voor wie ze een uitstekende deal heeft gesloten met het openbaar ministerie, op een weinig ethische manier over te halen om geen rechtszaak te beginnen.
Is Wexler meer op Jimmy gaan lijken of vice versa? Zoals bij sommige echtparen het geval is, zijn ze op elkaar gaan lijken. Hoewel, en dat kan niet genoeg benadrukt worden, het lijkt alsof Wexler de charlatan van wie ze immens houdt een beetje zat begint te worden. Zeker nu Jimmy zich voorgoed heeft laten transformeren tot Saul Goodman. Nu is het einde dan toch echt in zicht. Want Saul pretendeert niet meer een fatsoenlijke pleitbezorger te willen zijn. Hij accepteert zijn lot: ergens halverwege deelt hij vanuit een circustent wegwerptelefoons uit aan clochards en junkies, die tevens zijn contactgegevens ontvangen, mochten ze een keer onverhoopt in de bak belanden.
Onderwijl neemt Mike (Jonathan Banks) afscheid van het bouwteam dat er niet in slaagde de kelder – de toekomstige drugsfabriek – af te maken. Ze vliegen terug naar Duitsland terwijl Gus Fring (Giancarlo Esposito) het probeert bij te leggen met de uiterst irritante sociopaat Lalo Salamanca (Tony Dalton).
Het hoogtepunt uit de eerste aflevering is de in zwart-wit gefilmde openingsscène. Opnieuw zien we Saul na zijn Breaking Bad-periode. Werkzaam in een winkelcentrum in Omaha, in de kille staat North Dakota. Hij leidt een paranoïde bestaan, luistert dagelijks naar de politiescanner. En dan wordt de arme man ineens herkend door een voorbijganger. Moet Saul opnieuw het hazenpad kiezen? Breekt er een nieuw hoofdstuk aan in zijn toch al treurige bestaan? Nee, ditmaal houdt Saul voet bij stuk.
Later zien we hoe Saul jaren eerder liegt tegen potentiële cliënten om zijn woorden kracht bij te zetten. Je kan je niet aan de indruk onttrekken dat showrunner Vince Gilligan hier onomwonden knipoogt naar de uitdrukking hoogmoed komt voor de val. Dat weten we, als kijkers van het eerste uur, natuurlijk hartstikke goed. Maar het is prima om daar elk seizoen weer even aan herinnerd te worden. Omdat Sauls transitie van onbevangen gutmensch naar gewiekste oplichter niet over nacht is gegaan. Dat heeft jaren geduurd, getuige de vier eerdere seizoenen. Het is bijzonder knap hoe Gilligan en de zijnen deze transformatie, ook in het vijfde seizoen, weten te verbeelden.
Better Call Saul S05, vanaf 24 februari 2020 wekelijks bij Netflix (de tweede aflevering is 25 februari al te zien)