Minister Dennis Wiersma: 'Als je het thuis niet allemaal meekrijgt, dan moet je het op school meekrijgen'

Voor minister van primair en voortgezet onderwijs Dennis Wiersma was het niet vanzelfsprekend om te gaan studeren. Toch deed hij het, maar het was een lange weg en het eindpunt was niet direct bevredigend. 

Wiersma's ouders hadden nooit aan een universiteit gestudeerd. Zijn moeder deed de mulo en ging daarna de verzorging in, zijn vader was kok in een verzorgingshuis. 'In onze familie kwam dat (studeren, red.) niet voor.' De moeder van Wiersma werkte niet. 'Daarom had ik een enorme drive om juist wel te gaan werken. Want ik dacht: met werken krijg je geld en dan kan je invulling geven aan wat je allemaal nog meer zou willen. Langzaam ontstond het een beetje dat ik dacht: hier moet het anders.' 

Zich afzetten tegen zijn moeder was het niet, volgens Wiersma. 'Ik was heel blij met de warmte die ik bij haar vond - dat schoteltje met een koekje en thee wat ik in de middag kreeg als ik van school kwam. Dat was heel fijn. Maar ik zag ook de keerzijde; dat dat ook consequenties heeft, bijvoorbeeld dat je niet werkt. Dat ging ik me later wel beseffen; dat daarmee de wereld om je heen misschien wel kleiner is dan waar ik op dat moment nieuwsgierig naar was.'

Wiersma begon zijn schoolcarrière op de mavo (het latere vmbo), hij vervolgde naar de havo, en volgde een lerarenopleiding op het hbo om vervolgens Sociologie te studeren aan de universiteit. 'Ik stapelde, vervolgens ging ik studeren en toen dacht ik: nu komt het, ik heb hier heel wat van verwacht. Dan komen nu de héél gemotiveerde studenten en docenten. Maar dat viel me heel erg tegen. Het niveau en de uitdaging - ik had zes uren, drie colleges in de week - vond ik tegenvallen. Ik had mee heel veel voorgesteld van studeren.'

Hij besloot het er niet bij te laten zitten. 'Toen ben ik me ertegenaan gaan bemoeien. Ik werd bij de Studentenvakbond actief en bij het FNV. Om het beter te maken. Omdat ik geloofde dat het onderwijs zo belangrijk is; zeker als je het thuis niet allemaal meekrijgt, dan moet je het op school meekrijgen. En als het daar niet goed is, dan tekent dat je voor het leven. En dat tekent Nederland voor het leven. Daar wilde ik me tegenaan bemoeien, want dat vind ik niet goed.'