Ruim de helft van alle pleegouders stopt uit onvrede over zorg

Meer dan de helft van pleegouders die stoppen met het pleegouderschap, doet dat vanwege voor hen “ongewenste omstandigheden”. Dat blijkt uit een uitgebreide enquête die door 542 gestopte pleegouders werd ingevuld. De meesten zijn niet tevreden over het pleegzorgsysteem en omschrijven de samenwerking met jeugdbescherming of de pleegzorgorganisatie als “moeizaam”. In 2018 stopten ruim 2300 pleeggezinnen.

Het Nederland Jeugdinstituut, de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen en Jeugdzorg Nederland voerden het onderzoek uit. 

Er is vaak niet één aanwijsbare oorzaak waarom de pleegouders stoppen. Veel ouders zeggen dat ze de ondersteuning als onvoldoende ervaren. Ook negatieve ervaringen met jeugdbeschermers en een slechte samenwerking tussen zorgprofessionals worden als reden genoemd. Daarnaast is de problematiek van het pleegkind of een moeizame relatie met de biologische ouders redenen om te stoppen.

Uit het onderzoek blijkt dat uitval van pleegouders voorkomen kan worden door in iedere fase van het pleegouderschap meer waardering, aandacht, erkenning, ondersteuning en begeleiding te bieden. “Niet alleen tijdens de plaatsing, maar ook daarvoor én erna. Ook is het belangrijk dat pleegouders meer en betere mogelijkheden krijgen voor training, scholing en het leren met en van andere pleegouders”, schrijven de opstellers van het rapport. 

Nederland telt volgens de onderzoekers in totaal 16.534 pleeggezinnen. Lees het hele rapport:

Trouw sprak naar aanleiding van het rapport met voormalige pleegouders. Een van hen vertelt: “We werden slechts beperkt begeleid. We kregen het gevoel dat we vooral een instrument waren, een oplossing voor het kind.” Lees meer in Trouw.

Zembla deed eerder onderzoek naar de pleegzorg in Nederland. De zorg voor pleegkinderen wordt gefinancierd door gemeenten. Elke gemeente mag, na een aanbesteding, zelf bepalen welke organisatie de pleegzorg voor haar rekening gaat nemen. In de uitzending ‘Kind van de rekening’ gaat het over de gevolgen van die marktwerking voor de zorg en ondersteuning van pleegkinderen.