De overgang naar de zomertijd is alleen maar schadelijk, vindt de Belgische Vereniging Tegen het Zomeruur. Het uurtje tijdverschil in de zomer zorgt helemaal niet voor energiebesparing. Integendeel. Het zorgt zelfs voor meer hartinfarcten. De vereniging baseert zich op studies uit Zweden en de VS.
De zomertijd is eind jaren zeventig ingevoerd om energie te besparen. Het uurtje langer licht in de avond moest veel elektriciteit voor verlichting schelen.
Maar door de komst van spaarlampen is dat verschil tegenwoordig minimaal, zeggen de tegenstanders. Bovendien stappen mensen vaker in de auto door de lange avonden. En omdat het 's ochtends langer donker is, is dan juist meer stroom nodig. Een studie uit het Amerikaanse Indiana concludeert dat het stroomverbruik 1 procent stijgt door de zomertijd, aldus de Belgische tegenstanders.
Het uurtje minder nachtrust van zaterdag op zondag is volgens hen ook riskant voor de gezondheid. De Belgische tegenstanders baseren zich op een studie van het Karolinska Instituut van Stockholm, die tussen 1987 en 2006 werd uitgevoerd. Daaruit blijkt dat het aantal hartinfarcten met 5 procent toeneemt na de overgang naar het zomeruur. Bij de overgang naar het winteruur in oktober zou het risico minder groot zijn.
Het onderwerp zorgt al voor heel wat reacties op internetfora. Sommigen vinden de lange zomeravonden juist prettig om terrassen te bezoeken. Anders hekelen de verstoring van hun bioritme. Terwijl nog anderen dat weer overdreven noemen: bij een zomervakantie is de jetlag vaak groter dan een uur.