Zelf Geschoten _26_10_2015
• 26-10-2015
• leestijd 2 minuten
Een winterkoninkje in gevecht met zijn eigen spiegelbeeld, klauterende jonge dwergmuizen en een mannetjes kruisspin tokkelt een herkenningsmelodietje. Dat en meer, deze week in Zelf Geschoten.
Dwergmuis klimt als geen ander
Europa’s kleinste knaagdier is ongeveer 5 cm groot. Dankzij zijn kleine formaat en lichte gewicht klimt hij moeiteloos op grasstengels of andere hoge vegetatie. Maar ook zijn grijpstaart en pootjes helpen hem daarbij.
Aan de achterpoot hebben ze vijf tenen. “De vijfde is net als onze duim en daarmee kunnen ze hun achterpoot om een stengel klemmen. Net zoals wij bijvoorbeeld een bezemsteel tussen onze duim kunnen klemmen”, zegt Berco Hoegen, boswachter bij Staatsbosbeheer. “De staart is een echte grijpstaart. Aan het eind zitten spiertjes, waarmee ze die staart om een stengel kunnen slaan en vasthouden. De staart is eigenlijk een ‘vijfde pootje’”, vertelt Hoegen.
Natuurlijk helpt het gewicht van de dwergmuis hem ook goed van pas bij zijn klimtechnieken. Met zijn 5 à 7 gram zie je de rietstengels die hij beklimt dan ook nauwelijks meebewegen.
Wonderlijk sterk nest
Dwergmuizen maken van gras zowel slaapnesten als kraamnesten. Die laatsten maken vrouwtjes in hun eentje en die zijn wonderlijk sterk. “Het nestje weegt ongeveer 10 gram, waar ze ook haar jongen in baart. Meestal gaat het om zes jonkies, die per stuk een halve gram wegen. Samen met het vrouwtje zit er dan zo’n 10 gram aan dwergmuizen in het nest”, zegt de boswachter. Na vijftien dagen zijn de jongen volgroeid en zullen dan het nest verlaten. Tegen die tijd zit er behoorlijk wat gewicht in het nest. “In het nestje zitten dan zes bijna volwassen dwergmuisjes. Die wegen samen met het vrouwtje al gauw veertig gram. En dat fragiele nestje, opgehangen tussen de stengels en bladeren, kan dat gewicht makkelijk dragen,” aldus Hoegen.
Met dank aan RAVON, Vogelbescherming Nederland, Peter Koomen, Berco Hoegen en de Amsterdamse Waterleidingduinen.