Zeldzame zadelsprinkhaan uitgezet bij voormalig Duits vliegveld

Begin vorige eeuw stierf de zadelsprinkhaan uit op de Groote Heide bij Venlo. In de oorlog maakten de Duitsers onbewust het gebied weer geschikt, maar de sprinkhanen wisten het gebied niet opnieuw te bereiken. Daarom worden ze nu een handje geholpen.

De zadelsprinkhaan is één van de grootste en één van de zeldzaamste sprinkhanen van het land. “Hij komt nog op 6 á 7 plekken voor in Nederland. De meeste van die populaties gaan achteruit, omdat veel heides door stikstof verzuren en verarmen”, vertelt Jeroen van Leeuwen van ecologisch adviesbureau Natuurbalans. Hij onderzocht de bodem en vegetatie van de Venlose Groote Heide en ontdekte dat het gebied erg geschikt is voor de zadelsprinkhaan.

Rond 1900 werden er nog zadelsprinkhanen gezien op de Groote Heide, maar vermoedelijk stierven ze begin vorige eeuw uit. “De reden daarvoor kennen we niet precies”, vertelt van Leeuwen, “maar het terrein is in de tijd daarna wel verbeterd.” De Duitsers hadden in de oorlog een militair vliegveld in het gebied. “Om de boel te verstevigen brachten ze stenen aan. Die verweren langzaam, waardoor mineralen vrijkomen. Die gaan de negatieve effecten van stikstof tegen, waardoor de Groote Heide in tegenstelling tot veel andere heideterreinen geschikt is voor de zadelsprinkhaan.”

De vleugels van zadelsprinkhanen zijn erg klein en worden alleen gebruikt om geluid te maken. Vliegen kunnen ze niet. Omdat de dichtstbijzijnde populatie zo’n 50 kilometer verderop ligt, is het vrijwel ondenkbaar dat de sprinkhanen op eigen kracht de Groote Heide weten te bereiken. Daarom zet Natuurbalans nu in opdracht van Provincie Limburg en Het Limburgs Landschap in de loop van zes jaar dieren uit in het gebied. Afgelopen week werden de eerste bijna honderd zadelsprinkhanen losgelaten. Van Leeuwen: “Vanaf nu moeten ze het zelf doen. Op naar meer!”