Wie denkt dat alle Zeeuwse mosselen uit Zeeland komen vergist zich. Jaarlijks wordt dertig tot vijftig miljoen kilo aangevoerd uit het buitenland en in het Zeeuwse water gestort, voordat het de markt op gaat. Biologen maken zich zorgen: wat doet dat met het onderwatermilieu?
Verbod afdwingen
De Raad van State heeft de Stichting Faunabescherming in het ongelijk gesteld om een verbod af te dwingen op het uitzaaien van buitenlandse jonge mossels in de Oosterschelde.
Vergunningen
De Staatsraad is van mening dat de overheid terecht vergunningen heeft verleend aan de Vereniging van Importeurs van Schelpdieren, waarin Zeeuwse mosselbedrijven zijn verenigd. De import-mosselen zijn afkomstig uit Denemarken, The Wash (een estuarium aan de oostkant van Engeland), Zweden, Ierland en het Verenigd Koninkrijk. Twee van de ‘natuurvergunningen’ zijn verleend tot en met 31 december 2013, de andere twee gelden tot en met 30 april 2014.
Uitzaaien
In de praktijk mogen mosselen uitsluitend worden uitgezaaid in de Oosterschelde, nadat er uitgebreide onderzoeksprotocollen in de gebieden van herkomst zijn uitgevoerd. Bovendien heeft de overheid voor de kweekpercelen in de Oosterschelde maatregelen genomen, om te verhinderen dat exotische dieren- en plantensoorten het natuurgebied aantasten.
De Faunabescherming vreest dat met het buitenlandse broedmateriaal nieuwe dieren- en plantensoorten in de Oosterschelde terechtkomen, en daar ziektes veroorzaken of bestaande flora en fauna verdringen.
Import
De Nederlandse mosselverwerkers hebben vergunning aangevraagd en gekregen voor het importeren van mosselen uit Ierland, Engeland, Zweden en Denemarken. Jaarlijks is er ongeveer 80 miljoen kilo mosselen nodig om aan de vraag te kunnen voldoen. Om meer aan deze buitenlandse schelpdieren te kunnen verdienen, hebben de mosselverwerkers vergunning gevraagd om de geïmporteerde dieren tijdelijk los te laten in het natuurgebied de Oosterschelde. Hierdoor kunnen ze als Zeeuwse mossel verkocht worden, die duurder zijn dan buitenlandse mosselen.