Wim Daniels: Drie leeuwen voor twee elanden
• 06-07-2012
• leestijd 3 minuten
Vorige maand kreeg dierenpark Dierenrijk in het Brabantse Nuenen er drie leeuwen bij. Drie jonge mannetjesleeuwen, broers van elkaar, genaamd Rob, Henk en Mike. De drie kwamen vanuit Burgers' Zoo in Arnhem.
In het bericht dat erover in sommige kranten verscheen, waren niet de namen van de dieren het meest verrassend (dus: Rob, Henk en Mike) maar het gegeven dat de leeuwen de vervangers waren van de twee elanden die in februari in Dierenrijk waren overleden.
Zo gaat het in de mensenwereld niet. Als er bijvoorbeeld een enge tante overlijdt, kun je daarvoor in de plaats niet zomaar Gina Lollobrigida nemen of nog beter: Dieuwertje Blok. Maar bij dieren kan het blijkbaar wel. Twee elanden gaan dood en je neemt er drie leeuwen voor in de plaats.
Natuurlijk wilde ik ook nog wel weten hoe die twee gestorven elanden hadden geheten. Elke en Zoë, zo bleek. Elke was de moeder en Zoë de dochter. Zoë had ook nog een tweelingbroer. Dat was Sep. Maar die zit in een dierentuin ergens in Tsjechië. Of hij daar voor of na de dood van Elke en Zoë is heengegaan, weet ik niet, maar mij moet van het hart dat dierenfamilies wel heel erg gemakkelijk uit elkaar worden gehaald. Alsof dieren geen familieband kennen. Waar zijn bijvoorbeeld de ouders van Rob, Henk en Mike gebleven? Weten die dat hun drie zonen nu in het Dierenrijk in Nuenen zitten? En waar in hemelsnaam is de vader van Elke en Sep, de man van Zoë? Daar heb ik niks over gelezen. Misschien is-ie zelfs wel helemaal niet op de hoogte gebracht van de dood van zijn vrouw en dochter. Het enige dat ik van hem weet, is dat-ie Iwan heet, alsof de kwestie op zich al niet verschrikkelijk genoeg is.
Nu maar hopen dat Rob, Henk en Mike het naar hun zin hebben in het Dierenrijk en geen kou vatten. Want door wie moet je drie leeuwen vervangen? Parkieten lijken me geen optie of het zouden citroenparkieten moeten zijn. Misschien is fenneks iets. Daarvan zijn er vorige week drie in Artis geboren. Fenneks zijn woestijnvosjes. Het was 27 jaar geleden dat er nog fenneks geboren waren in Artis. Merkwaardig was dat ik overal in de krant het meervoud fenneks las; enkelvoud fennek, meervoud fenneks, terwijl mijn Van Dale-woordenboek alleen het meervoud fenneken kent, met één 'k', zoals je 'monniken' ook met één 'k' schrijft. In de kerk zijn ze er trouwens nog niet uit door wie je monniken moet vervangen als die doodgaan of uitsterven.
Ik heb me nu voorgenomen, omdat ik er toch vlakbij woon, komende week eens naar Rob, Henk en Mike te gaan kijken. En dan hoop ik niet dat ze er ongeïnteresseerd bij liggen, want daar hebben leeuwen wel een handje van. Wat dat betreft heb je aan elanden meer, en ook wel aan parkieten. Over fenneks durf ik me niet uit te spreken. Het zou me niks verbazen als de drie fenneksjes uit Artis over een tijdje al ingeruild gaan worden. Misschien wel tegen twee brahmaanse wouwen uit Sri Lanka, want uit dat land lijken we nog wat dieren te goed te hebben. Afgelopen maand belandde ik geheel toevallig tijdens een reis door Sri Lanka in de dierentuin van Colombo.
En wie zag ik daar pontificaal door een kooi huppen: drie Hollandse konijnen, althans ze leken me heel Hollands te zijn. Ik geloof niet dat ze namen hadden, maar zoals ik ze inschatte, hadden ze gewoon Jan, Piet en Klaas kunnen heten. Mijn grote vraag was natuurlijk of ook in dit geval sprake was van genadeloos doorgesneden familiebanden, bijvoorbeeld met een vader en moeder die nu nog gewoon in de Kennemerduinen zitten. Ik vrees het ergste.