In de volledig geplaveide achtertuin van mijn ouders staat een grote, goedkope, plastic bloempot. Uit de zwarte potgrond rijst een prachtig, twee meter lang kastanjeboompje op. Zijn frisgroene bladeren geven kleur aan een verder grijze omgeving. Het is negen jaar geleden dat ik uit pure verveling drie kastanjes in de grond stopte. Nog steeds word ik stante pede een beetje vrolijker als ik bij mijn ouders kom en het jonge boompje zie wiegen in een zacht briesje.
In Utrecht, waar het studentenleven dynamisch, chaotisch en vol intriges is, vergeet ik gemakkelijk de subtiele emotie die een ogenschijnlijk zo futiel stukje natuur teweeg kan brengen. De prioriteiten worden door mijn omgeving duidelijk en onwrikbaar gepresenteerd. Toekomstgericht, ambitieus, sociaal en rücksichtslos. Het is vrijwel onmogelijk om hier niet in mee te gaan. Ons sociale netwerk vraagt inzet zonder bedenkingen. Er is geen tijd voor zelfreflectie. Soms lijkt het leven een aaneenschakeling van onomkeerbare keuzes die gemaakt zijn zonder een analyse van de consequenties. Voor je het weet bewandel je een pad dat te smal is om rechtsomkeer te maken. De bomen aan weerszijden lijken vijandig en niet bereid om je langs te laten. De enige keus die je lijkt te hebben is doorgaan met waar je mee bezig bent. Totdat je geheel onverwacht een blik van herkenning in je ogen krijgt. Je passeert een boom die je herinnert aan andere tijden. Tijden waarin de regie van je leven in je eigen handen lag. Je beseft dat dit in essentie niet veranderd is. De voorheen tot een ondoordringbare muur verweven bomen wijken uitnodigend uiteen.
Enkele jaren geleden zonder aanwijsbare reden in de vruchtbare grond gepote kastanje kan uitgroeien tot een eyeopener van levensbelang. Het is natuurlijk een kwestie van perspectief. Mijn ouders zien het boompje als een storende factor in hun verder tot in detail ontworpen achtertuin. Ik denk dat ik hem aankomende herfst maar in het bos ga planten. Altijd leuk, zo een persoonlijke metafoor, maar uiteindelijk blijft het een overgewaardeerde uitwas die de welverdiende oude dag van twee mensen verpest. En wie weet kom ik hem over vele jaren nog eens tegen tijdens een boswandeling.