Vogelaars genieten volop van de najaarstrek. Een trekteldag is pas echt af als er ook een visarend op de lijst is gekomen. De kans daarop is nu aanzienlijk. Deze weken trekken de visarenden over ons land naar zuidelijke streken. Sommige exemplaren blijven een paar dagen hangen op een geschikte visplek, zoals een visvijver.
Visarenden zijn echte wereldburgers, zogenaamde kosmopolieten. Ze komen overal ter wereld voor, behalve op Antarctica. Ze zijn altijd in de buurt van water te vinden, want de naam zegt het al, het zijn pure viseters. Het is een spectaculair gezicht om een jagende visarend te zien. Van grote hoogte bidt hij boven het wateroppervlak om vervolgens met grote kracht naar beneden te duiken en met de klauwen naar voren de vis te grijpen. Hij heeft de vis meteen klemvast. In de klauwen zit namelijk een mechanisme dat op slot gaat op het moment dat de visarend de prooi beet hebben, een soort verkramping. Er is dan ook voor het slachtoffer geen ontkomen meer aan. Dat is ook meteen een vervelende eigenschap want visarenden. Vooral jonge onvolwassen exemplaren zijn soms iets te overmoedig en krijgen de (te) zware prooi niet uit het water getild, met als gevolg dat de visarend verdrinkt. Er zijn zelfs verhalen bekend van enorme vissen die een tijdlang met twee restanten van visarendklauwen in hun rug hebben rondgezwommen. Dit klinkt een beetje als een broodjeaapverhaal, maar helemaal onrealistisch lijkt het niet.
Jonge visarenden zijn relatief gemakkelijk te onderscheiden van volwassen exemplaren. Op de rug hebben ze allemaal lichte veerranden, terwijl een volwassen visarend een egaal donkerbruine rug heeft. Op de onderkant van de vleugels is bij een juveniel een dwarsbandering te zien, terwijl een volwassen exemplaar een donkere baan op de ondervleugel heeft. De staart van een jong exemplaar is fijn gebandeerd, dat van een volwassen individu heeft een donkere eindband. Leuk om even op te letten als u vandaag of morgen tegen een visarend ‘aanloopt’.