De capaciteit van de internationale visservloot die in de Middellandse Zee op blauwvintonijn vist, is met 55.000 ton bijna twee keer zo groot als het toegestane vangstquotum van 28.500 ton voor 2008 en 3 ½ keer zo groot als wat wetenschappers als vangstlimiet aanbevelen.
Dat blijkt uit een nieuw WNF-rapport ‘Race for the last bluefin’, dat vrijdag 14 maart is gepubliceerd. Het rapport analyseert voor het eerst de totale vlootcapaciteit op basis van tellingen en foto’s. De schepen moeten gezamenlijk alleen al 42.000 ton tonijn uit het water halen om hun kosten te dekken, maar dan hebben de vissers nog niks verdiend. Volgens het WNF tonen de cijfers aan dat een drastische reductie van de vloot nodig is om een eind te maken aan de illegale vangsten en ineenstorting van het bestand te voorkomen.
De tonijnvloot bestaat grotendeels uit schepen uit Turkije, Italië, Koratië, Lybië, Frankrijk en Spanje. In totaal gaat het om in totaal 617 - geregistreerde en niet-geregistreerde - schepen. Om de vlootcapaciteit in lijn te brengen met de toegestane vangstlimieten moet de vloot met 229 grote en middelgrote schepen worden gereduceerd. Uitgaande van de wetenschappelijke vangstadviezen zou de vloot zelfs met 283 schepen - waarvan 53 uit de Europese Unie - moeten worden gereduceerd.
De enorme overbevissing van blauwvintonijn in de Middellandse Zee wordt gevoed door de sterke uitbreiding van tonijnkwekerijen in de Middellandse Zee. Hiervoor wordt jonge tonijn wild gevangen en in bassins in zee vetgemest. Veel vetgemeste tonijn gaat naar Japan om verwerkt te worden in sushi. Ook enkele Nederlandse sushirestaurants verwerken blauwvintonijn. Eind april begint het nieuwe vangstseizoen voor blauwvintonijn.
“Honderden high-tech boten doen een race om nog een laatste handjevol vis te kunnen vangen”, aldus Johan van de Gronden, algemeen directeur van het WNF. “Het is een absurde situatie, waar zo snel mogelijk een eind aan moet komen. Er vaart op de Middellandse Zee een veelkoppig monster, dat de laatste blauwvintonijn bedreigt”. Het WNF vindt dat de ICCAT, de Internationale Commissie voor de instandhouding van tonijnachtigen in de Atlantische Oceaan, een leidende rol moet spelen in de vlootreductie. Immers, de ICCAT is ook verantwoordelijk voor het bestand in Middellandse Zee en bepaalt de vangstquota.