Uitslag van de 1000-soortendag
• 10-06-2012
• leestijd 1 minuten
Tientallen boswachters, biologen en vrijwilligers struinden zaterdag 9 juni door Nationaal Park de Meinweg in Limburg om alle natuur in kaart te brengen, van libellen tot vleermuizen, van planten tot paddenstoelen.
Dat leverde bijna 1300 soorten op, waaronder grote aantallen larven van de grote bronlibel, de bijzondere zweefvliegjuweel (allen in Zuid Limburg en Nijmegen gezien) en een wantssoort die maar op 2 andere plekken in Nederland voorkomt. De meest bizarre vondst was een flesje met 100 dode kevers. Waarschijnlijk door het zgn. domino-effect: als één kever in de fles kruipt en dood gaat, dan trekt het andere kevers aan die op hun beurt ook sterven, etc etc.
Doel van de 1000 soortendag is om te laten zien hoe groot de biodiversiteit in een bepaald gebied is. De organisatie is in handen van EIS in samenwerking met het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg, Staatsbosbeheer en waarneming.nl. Op de jaarlijkse 1000-soortendag worden vaak hele bijzondere soorten waargenomen. Zondag de voorlopige eindstand van de meest diverse Nederlandse natuurtelling.
Vorig jaar werd de 1000-soortendag gehouden in De Weerribben. Onder de soorten, een zeearend, veenmosorchis, zoetwaterspons, boommarter, zeggekorfslak, gestreepte waterroofkever, noordse winterjuffer, groene glazenmaker en meervleermuis.
Het Nationaal Park De Meinweg is een gebied met bossen, heide, vennen en beekdalen. Het ligt ten oosten van Roermond en is ongeveer 1.800 hectare groot.