Tegendraadse klimmer

Klimop doet het anders: de klimplant bloeit in de herfst en heeft vruchten in het voorjaar. Momenteel voeden insecten zich met het stuifmeel en de nectar. Over een paar maanden profiteren overblijvende vogels en wintergasten van de rijpe bessen.

Iedereen kent de karakteristieke ingesneden altijdgroene bladen van klimop en de wijze waarop de takken met hechtwortels langs bomen en muren omhoog kunnen klimmen. Minder bekend is de verandering van groeivorm die plaatsvindt als de takken bijvoorbeeld de bovenkant van de schutting bereiken. Dan worden de bladen veel ronder en groter. Bovendien gaat klimop dan bloeien. De weinig opvallende groengele bloemen staan in schermen bij elkaar en bloeien in oktober en november.

Veel insecten verzamelen zich in de herfst op de bloemen, die zowel stuifmeel als nectar bieden. Allerlei vliegen, zweefvliegen en wespen zijn dan te vinden op de bloemen. In de loop van het vroege voorjaar rijpen de blauwzwarte bessen. Voor vogels die in de winter veel bessen eten, zoals merels en duiven, zijn daarmee ook laat in de winter bessen beschikbaar.

Klimop is een zeer algemene plant in bossen en tuinen. Alleen bossen op arme zandgronden zijn te droog en te voedselarm voor klimop. In de afgelopen decennia is klimop flink toegenomen. Dat heeft niet alleen te maken met aanplant in tuinen. Door de toename van de voedselrijkdom van bosbodems zijn ook meer bossen geschikt geworden voor klimop. In sommige bossen is klimop bodembedekkend aanwezig waardoor minder tegendraads bloeiende planten in de knel komen. En die hebben de insecten in voorjaar en zomer hard nodig.

Tekst en foto: Baudewijn Odé, FLORON

Bron: Natuurbericht