Romke van de Kaa: Dierproeven
• 10-02-2012
• leestijd 3 minuten
Februari is een rustige tijd in de tuin. Liever gezegd: er is gewoon geen ene moer te doen. En omdat er op het ogenblik over de tuin toch niks te vertellen valt wil ik het eens hebben over een andere zaak die me bezighoudt: dierproeven
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: bent u voor of tegen dierproeven? Of bent u van de club ‘Geen mening’? Dan bent u in goed gezelschap, want daar hoor ik zelf ook bij.
Ik weet het gewoon niet. Ik ben tegen proeven op apen. Wat we die beesten aandoen vind ik niet kunnen. En ik ben tegen proeven op honden. Maar stel dat ik ziek word, zou ik dan een geneesmiddel weigeren dat mede door proeven op honden is ontwikkeld? Zolang ik niet ziek ben kan ik daar gemakkelijk ja op zeggen, maar wat als mijn leven ervan afhangt?
En ben ik tegen proeven op ratten en muizen? Zo nee, waarom niet? Zijn die soms minder dan een aap of een hond? En tegen proeven op vissen, slakken, regenwormen, pissebedden, muggen en fruitvliegjes? Ik heb er geen antwoord op. Geen mening.
Waar ik wel een mening over heb is over proeven met dieren die helemaal niet nodig zijn. Proeven waar geen enkel leven vanaf hangt. Neem bijvoorbeeld de proeven op die arme otters.
Eerst worden ze in een ver land gevangen, waarbij de helft van de stress doodgaat. De overlevenden worden geopereerd, ze krijgen een zender in hun buikholte genaaid, én een transponder, zeg maar een chip waaraan je hun identiteit kunt aflezen. Ten slotte worden de dieren die ook de operatie hebben overleefd, in onze wateren losgelaten. Om vervolgens voor 50% op onze snelwegen te worden doodgereden.
Het is dat geknoei met weerloze wilde dieren waarover ik me mateloos kan opwinden. Nergens kunnen we met onze takken vanaf blijven. Ieder beestje moet van zenders of, als het om vogels gaat, van ringen worden voorzien. Een otter met een zender kunnen we beter bestuderen, is het argument, en hoe meer we weten, hoe beter we het dier kunnen beschermen. Beter beschermen? Ammehoela; met verkeersdrempels bereiken we meer dan met zenders. En met die dieren, die in hun eigen omgeving beschermd worden, zonder ze half Europa door te sleuren, bereiken we nog veel meer. Een vrachtwagen vol otters is even erg als een vrachtwagen vol varkens en kippen.
Meestal sluimert mijn woede over deze onnodige dierproeven, want ik moet aan mijn bloeddruk denken, maar soms komt mijn boosheid opeens boven. Zoals laatst, toen ik op de televisie zag hoe een doodsbang visarendenjong door vogelliefhebbers werd geringd, in naam van de wetenschap. Waar zijn die animalcops toch als je ze nodig hebt? Jammergenoeg waren de ouders van het aangerande vogeljong niet in de buurt. Die hadden die vogelpesters nog leuk te grazen kunnen nemen. Maar nee, de oudervogels waren even verderop druk bezig met het opeten van een platgereden visotter. Ik verheug me al op de gezichten van de wetenschappers als straks de zender van de otter in de maag van het visarendenjong belandt.