De rode eekhoorn is een knaagdier. De Latijnse naam, Sciurus vulgaris, van de eekhoorn betekent 'gewone schaduwstaart'. Dat is vanwege zijn karakteristieke zithouding, met de staart over de rug.
Uiterlijk
De eekhoorn is een echte boombewoner die als een acrobaat door de bomen rent en springt. Maar ook op de bosbodem is hij goed thuis. Eekhoorns vallen op door hun grote pluimstaart, gepluimde oren, grote ogen en lange tenen met lange, scherpe nagels. De oorpluimen zijn in de winter veel langer dan in de zomer bij volwassen dieren. Gewoonlijk zijn de dieren roodbruin met een witte buikzijde, 's winters meer grijzig donkerbruin. De kleur wordt ook grijsachtiger naarmate de eekhoorn ouder wordt. Een eekhoorn kan de haren op de pluimstaart opzetten. De voorpoten zijn veel korter dan de achterpoten.
Leefgebied
De eekhoorn komt in grote delen van Nederland voor. Eekhoorns komen voor in loofbos, naaldbos of gemengd bos maar ook in tuinen, parken en houtwallen in de buurt van bos. Mits er voldoende voedsel beschikbaar is, komen ze ook in bebouwd gebied.
Leefwijze en voedsel
Eekhoorns zijn vooral in de vroege ochtend en namiddag actief. Voedsel zoeken ze in bomen en op de grond. Ze kunnen goed springen en klimmen en bewegen zeer behendig tussen bomen en takken. De staart dient daarbij als evenwichtsorgaan. De eekhoorn daalt altijd met de kop naar beneden af van een boomstam. Eekhoorns kunnen prima zwemmen. De eekhoorn maakt verschillende type geluiden afhankelijk van de situatie. Een eekhoorn kan fluiten, kakelen, grommen of jammeren.
Hoewel ze in de winter minder actief zijn, kennen eekhoorns geen winterslaap . In de herfst eten ze extra veel om een vetreserve aan te leggen en leggen ze voedselvoorraden aan om de winter door te komen. De plek waar ze hun voedsel hebben verstopt kunnen ze dankzij hun reukvermogen weer opsporen.
Hun voedsel bestaat hoofdzakelijk uit boomzaden zoals eikels, noten en kegels van naaldbomen. Ook eten ze als aanvulling daarop (afhankelijk van het jaargetijde) knoppen, bladeren, bessen, schors, paddenstoelen, rupsen, vogeleieren en jonge vogels.
Territorium en verblijfplaats
Eekhoorns leven alleen en hebben een eigen leefgebied waarbinnen voedsel wordt gezocht. Alleen het slaapnest wordt verdedigd. In de paartijd slapen mannetje en vrouwtje geregeld in eenzelfde nest maar zodra de jongen geboren zijn wordt het mannetje niet meer bij het nest geduld.
Eekhoorns bouwen nesten in bomen. Het nest is bolvormig, zo groot als een voetbal en heeft een doorsnede van 30 tot 50 cm. Het wordt op minstens 5 meter boven de grond gebouwd. Van binnen zijn de nesten bekleed met zacht materiaal. Soms gebruiken ze ook boomholten, oude kraaien- of eksternesten of grote nestkasten als nestplaats. Naast één hoofdnest zijn ook vijf tot zes kleinere 'reservenesten' in gebruik. Soms bouwen eekhoorns nesten hoog in de boomkroon.
Voortplanting en leeftijd
De voortplantingsperiode is van december tot februari en van mei tot juni. Verschillende mannetjes achtervolgen in de paartijd eenzelfde vrouwtje en proberen met haar te paren. De draagtijd duurt 5-6 weken. In deze periode bouwt het vrouwtje haar kraamnest dat steviger is dan een gewoon nest. Hierna worden 2 tot 5 kale en blinde jongen geboren. Met drie weken zijn ze behaard en na vier weken gaan de ogen open. De jongen worden tien weken gezoogd, waarna ze vrij snel zelfstandig worden. Na drie maanden worden ze door de moeder uit haar territorium gejaagd. Na tien maanden zijn de jongen geslachtsrijp. In het wild kunnen eekhoorns wild 7 jaar oud worden, maar meestal sterven ze jonger.
Bedreiging en bescherming
De natuurlijke vijanden van de eekhoorn zijn de boommarter en havik en de vos op de grond. Vooral jonge, net zelfstandige eekhoorns vallen aan hen ten prooi. In het verkeer vallen ook veel slachtoffers. Hoewel eekhoorn snel kunnen rennen, hebben ze de neiging bij het oversteken van de weg wanneer er gevaar dreigt, stil te gaan zitten ‘als een bolletje’.
In Groot-Brittannië is de rode eekhoorn in vele gebieden vrijwel geheel verdwenen door de grijze eekhoorn, een exoot ingevoerd vanuit Noord-Amerika. Ook in Nederland leven er in het wild inmiddels levensvatbare populaties van uitheemse eekhoornsoorten (bijvoorbeeld de Pallas’ eekhoorn).
De eekhoorn is in Nederland beschermd. Dat betekent dat het verboden is eekhoorns te vangen, te doden, in gevangenschap te houden of dit te proberen. Ook mag niet worden gehandeld in eekhoorns of delen van eekhoorns. Het is bovendien verboden eekhoorns te verontrusten of het nest te beschadigen of te bemachtigen (of dit te proberen).