Robots moeten olielek dichten
• 26-04-2010
• leestijd 2 minuten
Olieproducent BP probeert met een soort robots het olielek in de Golf van Mexico te dichten. De op afstand bestuurbare, kleine onderzeeërs zijn niet eerder op deze manier ingezet, aldus Doug Suttles van BP zondag.
Het olielek ontstond dinsdag nadat zich een explosie had voorgedaan op het Deepwater Horizon booreiland. Dat booreiland, ongeveer zo groot als een voetbalveld, verdween twee dagen later in de golven. Inmiddels is een olievlek van 1550 vierkante kilometer ontstaan. Het merendeel van deze vlek is slechts een dun laagje, maar toch wordt gesproken van een zeer ernstige vervuiling.
De robots moeten een zogeheten blowout preventer repareren. Dat onderdeel had ervoor moeten zorgen dat een eventuele lekkage direct werd gedicht, maar werkte niet. Als het niet lukt om dit onderdeel te herstellen, kan het volgens Suttles nog wel twee tot drie maanden duren voor het lek kan worden gedicht. In de tussentijd zou nog meer olie in zee terecht komen. Dagelijks komt een hoeveelheid olie vrij die gelijk is aan duizend vaten.
Volgens wetenschappers en meteorologen ziet het er niet naar uit dat de olie de komende drie dagen aan land zal spoelen. Dat is goed nieuws voor de natuur van Louisiana, de Amerikaanse staat die langs de kust veel moerasachtige gebieden heeft waar vooral vogels goed toeven. Daarnaast is het voor de bergers makkelijker de olie te ruimen zolang het op zee drijft.
Vijf vliegtuigen en 32 schepen proberen de olievlek in de gaten te houden en zoveel mogelijk op te ruimen. Op een aantal plaatsen zuigen schepen het vervuilde water weg. Zeker 130.000 liter vervuild zeewater is al opgeruimd. Ook zet BP chemicaliën in om de olievlek te lijf te gaan.
Bron: ANP