Vanmiddag is mijn zwartkopnon overleden. Dit gebeurt, het is de natuur. Maar toch was zijn dood bijzonder. Mijn zwartkopnon was al geruime tijd weduwnaar. Zijn vrouwtje overleed vrij snel nadat ik het stel had aangeschaft, maar vanwege het importverbod als gevolg van de vogelgriep in Azië, lukte het mij niet om een nieuw vrouwtje aan te schaffen. In plaats van zielig een teruggetrokken leven te leiden, ontpopte mijn zwartkopnon zich tot ideale partner voor alle vogels die een maatje hadden verloren. Een van verdriet dolende zebravink kon rekenen op een troostend snaveltje tussen de veren, een eenzame spitsstaartamadine vond ’s avonds de zwartkopnon gezellig warm naast zich in het slaaphok. Het was opvallend dat de zwartkopnon zich oprecht leek te richten op die vogels die net persoonlijk leed hadden ondergaan en er alleen voorstonden. Paartjes liet hij met rust. Hij ontpopte zich als de ideale gezelschapsvogel die er altijd was voor volièreburen, ongeacht kleur, soort of geslacht.
Vanmiddag bemerkte ik onrust in de volière. Ik zag de twee zebravinken paniekerig over de grond hippen en hoorde ze zenuwachtig kwetteren. Tussen hen in zag ik mijn zwartkopnon. Hij ademde langzaam en sloot zijn ogen moeizaam, alsof het leven hem te zwaar was geworden. Iedere keer als hij zijn evenwicht leek te verliezen, hipten de zebravinken naast hem en zaten tegen hem aan alsof zij hem wilden ondersteunen en hem de vernedering van hulpeloosheid te besparen. De zwartkopnon liet zich makkelijk uit de volière halen. Ik zette hem apart in een kooi met wat water en krachtvoer en hoopte stilletjes dat hij zijn kracht en het leven zou hervinden. Maar zijn ademhaling werd zwaarder en binnen een paar minuten overleed hij. Hij leek te berusten in zijn lot. Op het moment van zijn laatste adem, gebeurde er iets vreemds. Ofschoon hij in een schuurtje lag, uit het zicht van alle andere volièrevogels, leken de andere vogels zijn overlijden te voelen en staakten hun gekwetter. Alsof zij voelden dat er een bijzondere vriend was heengegaan. De eerbiedige stilte leek minutenlang te duren. Toen hervatte de mozambiquesijs zijn gezang met een ongekende waterval van slagen en rollers, alsof hij zijn vriend een laatste eer wilde bewijzen.
De zwartkopnon heeft een mooie laatste rustplaats in de tuin gekregen, op een plekje dicht bij de volière, zodat hij nooit heel ver van zijn vrienden verwijderd zal zijn.