De Steile bank, een groepje zandplaten voor de IJsselmeerkust van Gaasterland, is iedere nazomer het domein van tientallen reuzensterns die daar komen rusten en bijtanken voor de trek. We gaan mee met vogelteller Marten Wesselius, om te zien hoeveel er dit jaar neerstrijken.
Reuzensterns broeden vooral rond de Baltische zee en overwinteren in Afrika. Met name op de trek naar het zuiden zoeken deze sterns ter grootte van een zilvermeeuw de rust van bijvoorbeeld de steil Bank op om de vetreserves aan te vullen voor de lange trektocht. De vogels zijn vooral herkenbaar aan de enorme rood-oranje snavel. De reuzenstern is de grootste stern met een spanwijdte van zo'n 140 centimeter. De roep van de vogels is een luid reigerachtig gekras. In winterkleed, herkenbaar aan de witte veren in het petje. Net als alle andere sterns blijft de reuzestern hoog boven het water op dezelfde plek hangen alvorens naar beneden te duiken om een vis te vangen.
Zij nestelen meestal op de grond tussen afval of drijvend materiaal, en geven de voorkeur aan drasland met zoet water. Tijdens het leggen van de eieren en de eerste dagen van het broeden zijn reuzensterns zo gevoelig voor verstoringen dat ze bij verstoring massaal hun kolonie in de steek laten.