De Faunabescherming tevreden. Opgehokte kippen kunnen niet langer alibi zijn voor jacht op vos.
De rechtbank in Arnhem heeft de jacht op vossen in Gelderland verboden, nu alle Freilandkippen in die provincie opgehokt zijn en dus geen enkel gevaar te duchten hebben van roofdieren. Gelderland is de vierde provincie waarin de jacht rond kippenbedrijven verboden wordt. De vos herwint daarmee z’n status van beschermde diersoort die hem volgens de Flora- en Faunawet toekomt, als neveneffect van de dreigende vogelgriep. De rechter bleek de redelijkheid in te zien van de gedachte dat als er door de ophokplicht geen kippen buiten lopen, de vos ook geen schade kan aanrichten. Sommige provincies hadden de beschermde status van de vos opgeheven op plaatsen waar Freilandkippen van beroepsboeren zouden kunnen worden opgegeten door de vos. Nu het pluimvee binnenzit, is het bejagen van vossen om de kippen te beschermen een onbegrijpelijke en niet vol te houden maatregel. Kippen mogen als gevolg van versoepeling van de ophokplicht in sommige gebieden naar buiten, maar de pluimveefokkers zien de eisen die het ministerie daaraan stelt, zoals het spannen van netten, als onhaalbaar. Bedrijfsmatig gehouden kippen blijven daarom vrijwel overal binnen. Limburg, Flevoland, Noord-Brabant en Utrecht hebben daarom op verzoek van De Faunabescherming de vossenjacht al gestaakt. Drenthe deed dat niet, en won het geding hierover van De Faunabescherming omdat toen net een versoepeling van de ophokplicht inging. De rechter in Assen ging ervan uit dat de kippen daardoor weer naar buiten konden. De provincie Gelderland had met nadruk de zijde van de jagers gekozen en voelde er niets voor de jacht te stoppen. Theo Dikker van de provincie Gelderland had aangegeven dat het ophokken van de kippen een vrijwillige afweging van de boeren zou zijn. Toen rechtbankvoorzitter Snijders de jachtambtenaar vroeg of er sprake was van acute dreiging moest Dikker toegeven dat daarvan geen sprake is.
De Faunabescherming is zeer verheugd over de uitspraak van de Arnhemse rechter en hoopt dat de gewonnen zaak bij zal dragen tot hernieuwde landelijke bescherming voor de vos, zoals de Flora- en faunawet bedoeld heeft.
Het feit dat een dieronvriendelijke kamermeerderheid gevormd kan worden door landbouwspecialisten die veel voor de jacht voelen en het feit dat minister Veerman zelf een jager is, maakt dat vos een donkere periode doormaakt.
Juist daarom is de bescherming die nu aan het dier verleend wordt en mogelijk zal voortduren tot voorbij de kraam- en zoogtijd van de vos een belangrijke doorbraak in de strijd tegen het dieronvriendelijke kabinetsbeleid.