Straks wordt het zomer. Tijd om bosbessen te plukken, bramen, kornoeljes, en nog meer van dat heerlijks. Zelf doe ik dat al heel lang, ik ben opgegroeid in een tijd dat het heel gewoon was om uit plukken te gaan.Dat is nu veranderd. Vroeger moest je het bos delen met veel anderen, en als je een goede frambozenstek wist vertelde je dat niet verder; je keek wel uit. Maar tegenwoordig heb ik het rijk alleen. Wandelaars zie je nog wel in het bos; maar plukkers niet, en kinderen ook niet. Overheden beginnen zich nu ook zorgen te maken over onze afnemende vertrouwdheid met de natuur, en schrijven daar bekommerde rapporten over.
Maar diezelfde overheden doen ook dingen die daar niet erg bij helpen.
De laatste jaren word ik in het bos regelmatig aangesproken door goedwillende voorbijgangers die me waarschuwen dat ik van de bosbessen af moet blijven. Vossen kunnen erop gepiest of gepoept hebben, en daar kun je erg ziek van worden: de vossenlintworm.
Het RIVM, weet ik inmiddels, heeft vastgesteld dat een deel van de Nederlandse vossen besmet is, en ook zijn er gevallen gerapporteerd van menselijke besmetting. Nou ja, gevallen: één geval. Men gaf een waarschuwing uit, met adviezen erbij: draag handschoenen, achteraf douchen, alles koken. Zelf had die ik waarschuwing gemist, maar door passerende wandelaars raakte ik helemaal bijgepraat. Het RIVM kan tevreden zijn; kennelijk was het bericht goed doorgekomen.
Geruststellend, zo'n waarschuwing. Of toch?
In Duitsland is het probleem wat groter dan bij ons; hoewel ook niet echt massaal: twee gevallen per jaar, op 80 miljoen Duitsers. Aan de universiteit van München heeft men het wat verder uitgezocht. Besmettingen blijken vooral voor te komen bij boeren en buitenlui; begrijpelijk. Maar men vond ook iets verrassends: plukkers raken even vaak besmet als mensen die nooit een bosbes of paddenstoel hebben aangeraakt. Plukken doet er dus helemaal niet toe; wat telt is het verblijven in een gebied met vossen. Men vermoedt nu dat we de eitjes binnenkrijgen door inademen van stof (de eitjes zijn heel klein).
Niks handschoenen dus, niks douchen, niks koken. Gewoon wegblijven.
Maar, ook los daarvan, vraag ik me toch iets af. Het RIVM is een overheidsinstelling, die ons voor onheil wil behoeden. Dat begrijp ik. Maar één enkel besmettingsgeval, is dat reden om alarm te slaan, en ons nog weer wat verder het bos uit te jagen?
Misschien zou men daar nog eens over moeten nadenken.