Gewoonlijk zien we paddestoelen in de herfst, maar de prachtige, felrood gekleurde krulhaarkelkzwammen kunnen we nu zien en bewonderen. Menno vroeg aan de bekende tekstschrijver Rob Chrispijn, die ook paddestoeldeskundige is, hoe die krulhaarkelkzwam aan die rode kleur komt.
Meestal komen ze na de eerste nachtvorst tevoorschijn en kunnen ze zich dus al laten zien in oktober en de laatsten kun je soms nog wel zien in april. Ze hebben als het ware een anti-vries in hun lichaam en niet zo’n beetje ook, waardoor ze de kou kunnen weerstaan en bloeien en groeien als geen ander. Ze schijnen zelfs tegen minus 40 graden te kunnen. Mocht het in maart zonnig en warm worden, dan kunnen ze ineens ineenschrompelen en snel verdwijnen.
Waren ze vroeger heel zeldzaam, tegenwoordig komen ze meer voor en ook op meerdere plekken in Nederland. Ze groeien op liggende elzen, essen en wilgenhout. Vanwege de kalkhoudende bodem in Flevoland gedijen ze daar het beste.
Veel exemplaren worden door dieren aangevreten. Voor de mens is hij ook eetbaar, maar de smaak schijnt niet geweldig te zijn, dus laat ze lekker staan zodat iedereen van deze pracht kan genieten.