Een paddenvrouw met wel zes bloedgeile mannetjes op haar rug. Dat kan voorkomen als
bufo bufo
op vrijerspad gaat. Zij moet dit niet zelden met de dood bekopen. Ieder voorjaar is het weer prijs. Padden lusten er wel pap van.
De paddenmannen hebben maar een doel: ze moeten zo snel mogelijk aan de vrouw zien te komen want er is nu eenmaal een mannenoverschot onder de padden. Zodra hij zijn geliefde heeft gevonden springt hij er bovenop en grijpt haar bij haar oksels. Hij blijft muurvast aan haar vastgeklemd tot de paring heeft plaatsgevonden in de vijver of poel waar ze zelf het levenslicht zagen. Hiervoor moeten ze vaak kilometers lopen.
Mannetjes zijn niet kieskeurig als ze op zoek zijn naar een paddendame. Ze zijn bereid om met alles genoegen te nemen: Een stuk hout, een paddenman, een mensenvuist, en ik zie jaarlijks wellustige padden geklemd op een klein plastic speelgoedeendje in de vijver. Heeft hij eenmaal een vrouw gevonden dan laat hij niet meer los. Als de stelletjes hun voortplantingsplek bereikt hebben kan er nog niet gepaard worden, want eerst moeten ze op temperatuur komen.
Als zij zover is strekt ze haar achterpoten naar achteren. Hij drukt zijn snuit tegen haar flanken en kromt zijn rug om de eitjes die uit haar stromen op te kunnen vangen met zijn achterlijf en te bevruchten. Ze houden niet van een vluggertje - padden kunnen er wel twintig uur over doen.
De vrouwtjes houden het na de paring voor gezien en gaan aan wal op zoek naar hun zomerresidentie. Voor de paddenmannen is het voorjaarsfeest nog lang niet afgelopen: zij gaan op zoek naar de volgende dame. In oktober is de paddenzomer afgelopen en wordt het tijd voor een welverdiende winterrust: vijf maanden slapen voor de orgie weer losbreekt,