Doordat rijke landen hun beloftes niet nakomen, dreigen arme landen naar schatting 75 miljard dollar mis te lopen aan eerder toegezegde klimaatfinanciering. Dat stelt Oxfam Novib maandag in een analyse, gepubliceerd op de de eerste dag van de Klimaatweek van de Verenigde Naties.
100 miljard dollar per jaar
Op de klimaattop in Kopenhagen in 2009 zegden welvarende landen toe om tussen 2020 tot 2025 jaarlijks 100 miljard dollar beschikbaar te stellen om extra kwetsbare, arme landen te helpen de effecten van klimaatverandering tegen te gaan. Veel ontwikkelingslanden vinden dat zij onevenredig hard worden getroffen door de gevolgen van de opwarming van de aarde. Daar houden ze rijke landen verantwoordelijk voor.
Maar het bedrag van 100 miljard dollar zal de komende jaren steeds niet worden gehaald. De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) publiceerde vrijdag cijfers waaruit blijkt dat de financiële hulp van rijke landen in 2019 slechts 80 miljard dollar bedroeg. Doordat ook de komende jaren de hulp steevast onder de 100 miljard dollar uitkomt, zal tegen 2025 tussen de 68 en 75 miljard dollar minder zijn uitbetaald dan beloofd.
Klimaatgerelateerde rampen
Dat is zorgwekkend volgens Oxfam Novib. Want wereldwijd was 2020 het warmste jaar ooit gemeten. Maar liefst 98,4 miljoen mensen werden in dat jaar getroffen door overstromingen, stormen en andere klimaatgerelateerde rampen. Het resulteerde in economisch verliezen van ten minste 171 miljard dollar.
Klimaatverandering wordt nog steeds niet met de juiste urgentie aangepakt, waarschuwt de organisatie. In 2020 gaven de Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Canada, Australië en Japan bijvoorbeeld meer dan 14 biljoen dollar uit aan fiscale herstelpakketten tijdens de coronapandemie. Dat is 143 keer meer dan nodig is om de doelen voor klimaatfinanciering te halen.