Op het Wekeromse Zand bij Ede grazen sinds afgelopen zomer op een afgerasterd heidegebied twaalf runderen van het zeldzame Deense ras Sortbroget Jysk Malkerace
(Jutlandrund): zes kleine zwartbonte echte heiderunderen en zes grijsbonte koeien van het iets grotere graslandtype. Door middel van kruisingen tussen beide typen trachten Het Geldersch Landschap en Geldersche Kasteelen weer kleine bonte heidekoeien terug te fokken. Zulke Deense heidekoeien staan het dichtst bij het oorspronkelijke uitgestorven Nederlandse heiderund, dat vroeger op de Veluwe voorkwam. De laatste Nederlandse heidekoe is rond 1950 gestorven.
Het Jutse runderras is publieksvriendelijker dan grote grazers zoals Schotse hooglanders omdat ze meer aan mensen gewend zijn en flink kleiner zijn (gemiddeld iets meer dan één meter schofthoogte). Begin dit jaar is een drietal kalfjes geboren. Na de geboorte wordt het kalfje afgelegd in de struiken en de moeder komt het dan een paar keer per dag bezoeken. Het kalfje blijft zo een paar weken liggen. Dit is oorspronkelijk gedrag. Reeën doen het ook zo.
Het is de bedoeling de koeien ook te gaan melken en dan heidekaas te gaan maken. Daarvoor moet dan wel eerst de melkmachine worden aangepast, want deze koeien hebben een andere cupmaat dan de gewone melkkoeien.