De inspanningen van de Europese Unie om de vervuiling van de Oostzee tegen te gaan hebben maar beperkt effect. Ondanks de 4,6 miljard euro die de EU heeft bijgedragen aan projecten om stedelijk afvalwater te behandelen blijft de Oostzee een van de meest verontreinigde zeeën ter wereld. Dat stelt de Europese Rekenkamer in een dinsdag gepubliceerd rapport. De plattelandsmiljarden die de lidstaten langs de zee kregen voor onder meer waterbescherming hebben ook weinig soelaas geboden.
Vervuiling door bemesting
Bemesting is de grootste boosdoener, gevolgd door stedelijk afvalwater. Doordat de plannen van de lidstaten niet ambitieus genoeg zijn blijft de aanvoer van stoffen als nitraat en fosfaat leiden tot algengroei, aldus de rekenmeesters. ,,Een schone Oostzee is een droom van bijna 100 miljoen mensen’’, aldus rekenkamerlid Ville Itälä. De betrokken landen zouden de aanwezige mogelijkheden veel beter moeten benutten. Ook zou meer moeten worden samengewerkt met Rusland. De EU-landen die grenzen aan de Oostzee zijn Duitsland, Denemarken, Polen, Estland, Letland, Litouwen, Zweden en Finland.