Nieuwe Westelijke Oeververbinding: weinig oog voor leefbaarheid
• 25-03-2011
• leestijd 2 minuten
Natuurmonumenten ziet af van deelname aan het participatieproces over de Nieuwe Westelijke Oeververbinding van het ministerie van Infrastructuur & Milieu. Reden hiervoor is dat er vooral met een verkeerskundige blik wordt gekeken. Natuurmonumenten wil juist dat de leefbaarheid van de regio centraal staat, anders dreigt het waardevolle en kwetsbare Midden-Delfland het kind van de rekening te worden.
In oktober vorig jaar heeft Natuurmonumenten-directeur Jan Jaap de Graeff aangegeven niets te zien in de Blankenburgtunnel. Deze snelweg is desastreus voor natuur, landschap en cultuurhistorie van Midden-Delfland. Want door de noodzakelijke aansluiting op de A20 is de Blankenburgtunnel niet inpasbaar in het landschap. Terwijl de andere optie, de Oranjetunnel, wel inpasbaar is en deze het kwetsbare Midden-Delfland geheel ontziet.
In het huidige participatieproces van het ministerie van I&M komen alleen de effecten van de bereikbaarheidsalternatieven op natuur, recreatie, landschap en leefbaarheid in beeld. Die belangen blijven zo afgeleide punten. Om die reden ziet Natuurmonumenten af van deelname aan dit overlegproces.
Volgens Suzanne Klaassen, beleidsmedewerker van Natuurmonumenten, is de gekozen opzet een gemiste kans: ‘Het overleg dreigt zo een schijnvertoning te worden. De belanghebbenden mogen wel meepraten, maar dan alleen op de ouderwetse manier, met een eenzijdige, verkeerskundige bril op. Terwijl het zou moeten gaan over wat het gebied en de mensen in het gebied nodig hebben. Dat is cruciaal.’
Natuurmonumenten ziet zich bij haar inzet vóór Midden-Delfland en tégen de Blankenburgtunnel gesteund door de streek. De gemeenten Midden-Delfland, Vlaardingen, Maassluis, Schiedam en de deelgemeente Hoek van Holland hebben zich al duidelijk uitgesproken tegen deze aantasting van Midden-Delfland. Ook verschillende bewoners- en streekorganisaties verzetten zich.
Bron: Natuurmonumenten