Nieuwe Weerribben
• 14-04-2015
• leestijd 2 minuten
Waar vorig jaar nog auto’s reden, is nu een waterrijk vogelparadijs. Dankzij deze nieuwe natuur krijgt Nationaal Park Weerribben-Wieden opnieuw het Europees Diploma voor Natuurbeheer.
Nationaal Park Weerribben-Wieden
in de kop van Overijsel, beheerd door
Natuurmonumenten
en
Staatsbosbeheer
, is met ruim 10.000 hectare het grootste aaneengesloten laagveenmoeras van Europa. Het is een waterrijk gebied met rietlanden, hooilanden, moerasbossen, plassen, moerassen en trilvenen. Het zit er tjokvol vogels en er komen ook weer otters voor.
Michelinster voor natuurgebieden
Twintig jaar geleden kreeg het park voor het eerst het prestigieuze Europees Diploma voor Natuurbeheer toegekend. Dat is een soort Michelinster voor natuurgebieden. Het diploma is bestemd voor beschermde natuurgebieden en wordt door de Raad van Europa uitgereikt voor een periode van vijf jaar. In Nederland zijn er slechts drie andere gebieden met dit diploma: het Naardermeer, de Oostvaardersplassen en de Boschplaat op Terschelling. In heel Europa zijn er 73 gebieden met deze erkenning.
Dit jaar krijgt Weerribben-Wieden het diploma opnieuw uitgereikt. De Raad doet bij zo’n toekenning ook aanbevelingen die er mede voor kunnen zorgen dat een park over vijf jaar wéér een toekenning krijgt. Vorige keer was de aanbeveling om de verbinding tussen Wieden en Weerribben te verbeteren.
Goede aanpassingen
Dat heeft het park onder andere gedaan door een faunapassage aan te leggen over de N333, de weg die precies tussen de twee delen van het park heenloopt. Verder is 300 hectare landbouwgrond onder water gezet, zodat dit nu natuur is. Het gebied is één grote waterplas, waar zich al talloze watervogels hebben gevestigd, zoals meeuwen en eenden, en de wat minder bekende roerdomp, geoorde fuut en dodaars. Over een tijdje hopen de boswachter hier ook typische rietvogels als blauwborst, baardmannetje, rietzanger, snor en sprinkhaanzanger te verwelkomen.