Onderzoekers hebben op het eiland Mauritius de tot nu toe oudste botten van de Hollandse duif gevonden. Eerder ontdekten Nederlandse leden van het internationaal onderzoeksteam de heup en vier bijpassende beenbotten van de dodo. In het Mare aux Songes, het drooggevallen moeras waar het team opgravingen verricht, is bewijsmateriaal van nog eens dertien uitgestorven diersoorten gevonden.
Dat heeft het museum Naturalis in Leiden donderdag laten weten. De Nederlander Kenneth Rijsdijk, die onder meer voor het museum werkt, leidt het onderzoeksteam, waarin internationale deskundigen van verschillende disciplines samenwerken. Zij onderzoeken de leefwereld van de uitgestorven loopvogel de dodo, voordat westerlingen voet aan wal op het eiland in de Indische Oceaan zetten. Zo hopen zij meer te weten te komen over de oorzaken van het uitsterven van het dier. De onderzoekers vertrekken op 3 juli van Mauritius.
De laatste Hollandse duif (alectroenas nitidissima), genoemd naar zijn rood-wit-blauwe tooi, is vermoedelijk in 1826 neergeschoten. Drie huiden van de vogel zijn bewaard gebleven, maar nog nooit hebben onderzoekers botresten aangetroffen. Het onderzoeksteam vond niet alleen overblijfselen van de Hollandse duif en van de dodo, maar ook van nog eens tien andere uitgestorven vogelsoorten. Daaronder waren een snavel en botten van de lophosittacus mauritianus, een van 's werelds grootste papegaaien.
De onderzoekers vonden ook het complete schild van twee reuzenschildpadden en botten van vleerhonden en de reuzenskink (stinkhagedis) didosaurus. Dat laatste dier kon een lengte van vijftig centimeter hebben, wat het tot de grootste skink ter wereld maakte.
Bron: ANP