Habitattype: Veenbossen
De beste kansen voor de ontwikkeling van hoogvenen liggen in de laagveenmoerassen van West-Nederland, is de opvatting van een groeiend aantal veen-deskundigen. Terwijl op de hogere zandgronden met man en macht wordt getracht de laatste restanten levend hoogveen te behouden, waarbij grote landschappelijke ingrepen niet geschuwd worden, gaan de ontwikkelingen in de laagveengebieden als het ware als vanzelf. Ronduit spectaculair zijn de ontwikkelingen momenteel aan de oostkant van het Naardermeer, waar de veengronden uitwiggen tegen de hogere gelegen zandgronden van het Gooi.
In een brede gordel ontstaan hier, in dit oudste natuurreservaat van ons land, uitgestrekte veenbossen, waarin steeds meer soorten van het voedselarme hoogveen een plekje weten te vinden. Voorbeelden zijn het Eenarig wollegras en diverse soorten veenmos, die hier evenals in de hoogvenen forse bulten vormen. De voedselarmoede van de standplaats maakt ook dat deze bossen niet hoger worden dan een meter of zeven of acht. In de boomlaag van deze sprookjesachtige bossen, die hun kracht juist voor een deel ontlenen aan de opmerkelijke soortenarmoede, domineert de Zachte berk. Het is nog onduidelijk of de landschappelijke maat groot genoeg is voor de vorming van – op den duur – boomvrije hoogvenen, zoals die in het verleden ooit zeer grote gebieden van de lage delen van ons land bedekt hebben. De veenbossen, die op zichzelf tot de zogenaamde prioritaire habitattypen van Natura 2000 behoren, zijn mogelijk de voorbode.
Beschrijving
Het Naardermeer, plassen met riet, hooiland en moerasbos, werd als eerste gebied door Vereniging Natuurmonumenten aangekocht. De rustige plassen midden in de Randstad vormen een belangrijke schakel in de keten van moerasgebieden in ons land.
Aalscholvers
Het open water in het Naardermeer is op natuurlijke wijze ontstaan. Het water is ondiep, wat is te zien aan het riet en mattenbies in het midden van het meer: deze planten groeien alleen in water dat niet dieper is dan anderhalve meter. Het open water zou geleidelijk veranderen in moerasbos als Natuurmonumenten het riet en de watervegetatie niet regelmatig zou maaien. Ook baggeren houdt het Naardermeer open. Er broeden tweehonderd paar grauwe ganzen in het gebied. In de nazomer, als ze niet kunnen vliegen door het wisselen van hun verenkleed, verblijven met name veel soorten eenden in het Naardermeer. In de winter krijgen ze gezelschap van overwinterende kol- en rietganzen en kan het aantal ganzen oplopen tot enkele duizenden. Ook komen hier veel aalscholvers voor.
Beschermd
Het Naardermeer is het oudste beschermde natuurgebied in Nederland. Toen de gemeente Amsterdam in 1904 het plan lanceerde om het nabijgelegen Naardermeer te gebruiken als stortplaats voor stedelijk afval, kwamen natuurbeschermers in opstand. De actie tegen dit plan was de directe aanleiding om de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland op te richten. Hoewel in het Naardermeer nog steeds zeer zeldzame planten en dieren leven en het gebied zelfs internationale bescherming geniet, zijn de bedreigingen nog niet voorbij. In de afgelopen jaren is het natuurmonument steeds verder ingesloten door bebouwing, verkeerswegen, spoorlijnen en hoogspanningsleidingen.
Schoon water
In contrast met deze bedreiging staan de inspanningen, die ook overheden doen, om de verdroging van het gebied tegen te gaan. De vegetatie in natte natuurgebieden is sterk afhankelijk van het waterpeil en de waterkwaliteit. In samenwerking met overheden zijn maatregelen genomen om de waterhuishouding te verbeteren. Het inlaten van veelal verontreinigd water uit bijvoorbeeld het IJmeer wordt verminderd, en tegelijkertijd wordt de instroom van grondwater uit het Gooi vergroot. De waterkwaliteit is daardoor spectaculair verbeterd de afgelopen jaren, waardoor in het Naardermeer weer bijzondere waterplanten als spits fonteinkruid, groot nimfkruid en verschillende soorten kranswieren groeien. In de hooi- en weilanden groeit onder meer moeraskartelblad, dotterbloem, koekoeksbloem en pinksterbloem. Ook is het grondwaterpeil, dat eerder ten behoeve van de landbouw was verlaagd, weer verhoogd. Het streven is om de kwaliteit van het Naardermeer zodanig te maken, dat het ook weer een geschikt leefgebied wordt voor visarend en otter.