De bruine kikkers zijn nu massaal in hun voortplantingswater aanwezig en druk met paren en het afzetten van kikkerdril. Ze ‘knorren’ er lekker op los en worden door waarnemers gehoord en gezien in sloten, poelen en tuinvijvers. Toch blijkt het herkennen van bruine kikkers niet altijd even gemakkelijk. Hoe komt dat?
Meest voorkomende kikker
Na de winter ontwaken de bruine kikkers uit hun winterslaap, een deel van hen overwintert op het land en een deel in het water. De bruine kikker is de meest voorkomende kikker in Nederland. De soort wordt in allerlei landschapstypen aangetroffen en is qua voortplantingswater ook niet erg kieskeurig, het is een soort die veel in tuinvijvers voorkomt. De soort wordt in de trek- en voortplantingsperiode dan ook veel gezien, maar dikwijls ook niet herkend of verward met de eveneens algemene gewone pad of de zeldzamere heikikker. Per jaar krijgt RAVON tientallen vragen over de determinatie van de soort.
Herkenning
De bruine kikker is meestal tussen de 7 en 9 centimeter groot. De vrouwtjes zijn gemiddeld iets groter en tijdens de voorjaarstrek is de buik opgezwollen door de eitjes. De huid is vrij glad. Kenmerkend is de donkere hoekige vlek achter het oog. De erop gelijkende heikikker heeft ook zo’n vlek, maar dan met een gebogen bovenrand. Heikikkers hebben ook een spitsere snuit en meestal een licht gekleurde, relatief brede streep op de rug van de snuit tot aan het achterwerk. Deze soort komt veel minder voor en is ook veel kieskeuriger omtrent zijn habitat. RAVON heeft een ‘
Herkenningskaart heikikker / bruine kikker’ (pdf; 5,8 MB) samengesteld om te helpen bij de determinatie.