Kraanvogelsucces in Nederland?
• 15-08-2014
• leestijd 1 minuten
Het is een gek kraanvogeljaar. Nog nooit sinds het eerste kraanvogeljong Tsuru in 2001 waren er zoveel broedparen in het Fochteloërveen. Maar het aantal jongen dat de zomer heeft overleefd valt tegen. In het Dwingelderveld, 2 jongen en in het Fochteloërveen slechts eentje.
Op reportage in de vroege ochtend als de vogels zich in deze tijd al groeperen, als voorbereiding voor de najaarstrek. In het gebied zijn nu zeven broedparen en in totaal 31 exemplaren. Herman Feenstra is dé kraanvogelman van Nederland en hij gaat met Vroege Vogels op zoek naar de groep.
Meer paren, maar minder broedsucces kraanvogels
In 2014 is het aantal paren in het Fochteloërveen gegroeid naar negen paar (tegenover vijf in 2013). Zeker is dat 5 kuikens in de leeftijd van 7-12 weken zijn verdwenen. Dat is opmerkelijk.
Trouwe torenwachters hebben dit seizoen de kraanvogels op afstand gevolgd, waardoor er veel informatie voorhanden is. Kraanvogelkuikens worden geteld met de telescoop vanaf de geboorte. Als een nest is mislukt, wordt een nestbezoek gepland om de oorzaak te achterhalen. Daarom is geregeld tot op de dag nauwkeurig bekend wat er is misgegaan. De vos krijgt meestal de schuld maar er zijn meer oorzaken: concurrentie onderling en verstoring door de mens.