Kokkels gaan massaal dood door warmte

Extreem veel kokkels zijn gestorven op droogvallende platen in de Waddenzee, de Oosterschelde en de Westerschelde.  Op veel plaatsen waren de platen bezaaid met stervende en pas gestorven kokkels. Onderzoekers van Wageningen Marine Research vermoeden dat de lange hittegolf en droogte van de afgelopen maanden de doodsoorzaak is. Als ziekte of een virus de oorzaak van de massale sterfte was geweest zou het waarschijnlijk plaatselijker te zien zijn.

Vanaf 1990 inventariseert Wageningen Marine Research de kokkelbestanden in de Nederlandse kustwateren. Sinds dit meetmoment is er ongeveer om de 6-8 jaar een grote broedval geweest. De verwachting dat zich rond 2018 een nieuw groot broedval zou voordoen leek deze zomer uit te komen. Er werd veel kokkelbroed gezien in de Waddenzee en de Oosterschelde maar deze zomersterfte gooit roet in het eten. Het jonge broed lijkt goed te overleven ten opzichte van de oudere kokkels maar het is niet te voorspellen hoeveel er daadwerkelijk over zullen blijven. 

De scholekster gaat waarschijnlijk een schrale winter tegemoet. Het winter dieet van deze zwart-witte steltloper bestaat voornamelijk uit kokkels. De snavel van de scholekster kan van vorm veranderen door het voedsel dat hij eet. Zo wordt de snavel puntiger als een scholekster in de zomer naar emelten en wormen prikt. In de winter wordt de snavel stomper omdat ze hem gebruiken als beitel om schelpdieren open te krijgen. 
Andere vogels eten ook kokkels maar die kunnen nog uitwijken naar ander voedsel, de scholekster niet.