De Coöperatieve Vereniging Landschapsbeheer Mergelland gaat de komende maand zo’n 300 bomen knotten in opdracht van de Natuurmonumenten. Het is voor het eerst dat beide organisaties op deze manier samenwerken. Natuurmonumenten heeft ruim 1.000 knotbomen in Zuid-Limburg die regelmatig geknot moeten worden. Deze winter vindt een eerste inhaalslag plaats.
"Als knotbomen niet meer onderhouden worden, gaan ze op een gegeven moment scheuren," legt boswachter Frenk Janssen uit. "De takken worden dan te zwaar. Afhankelijk van de boomsoort moet een boom iedere zes tot acht jaar geknot worden."
Het knotten van bomen is niet zonder risico. Vooral het knotten van de oudere bomen kan riskant zijn. De zware takken worden gezaagd terwijl de boswachter in de boom zit, daarbij moet goed worden opgelet dat de takken de goede kant op vallen. Bomen knotten was vroeger een typisch landbouwwerk. Vandaar dat Natuurmonumenten dit in samenwerking met de agrariërs doet. Landschapsbeheer Mergelland is een vereniging van agrariërs in Zuid-Limburg. De vereniging beheert landschapselementen in het Zuid-Limburgse buitengebied in opdracht van gemeenten en beheerders van natuurgebieden.
Het knotten van bomen is een eeuwenoud gebruik. Al honderden jaren knotten mensen wilgen, essen, beuken, eiken of elzen. Enkele jaren na het planten worden de bomen op een bepaalde hoogte afgezaagd. De kronen gaan dan veel takken maken en zo ontstaat de knotboom. Vroeger werden de takken gebruikt voor bijvoorbeeld mandenvlechten, brandhout, bezemstelen en palen. Tegenwoordig hebben knotbomen vooral een belangrijke landschappelijke functie en zijn ze belangrijk voor de natuur. Een steenuil vindt al gauw een thuis in de holtes van knotbomen