Wetenschappelijke naam:
Philomachus pugnax
Algemene kenmerken
- Broedkleed mannetje opvallende kraag en oorpluimen
- Door kraag heeft mannetje in vlucht zeer dikke nek
- Zwijgzaam, of zacht knorrend en sissend.
- Baltsen op traditionele plaatsen (’leks’)
-
Download geluid
(550 Kb)
Deze spectaculaire weidevogels broedt in schrale, bloemrijke graslanden. Hij verzamelt z'n voedsel op slikkige open plekken en bestaat voornamelijk uit insekten en hun larven. Kemphanen zijn bekend door de fraaie voorjaarstooi van de mannetjes, die op de wat hoger en droger gelegen toernooiveldjes eindeloze schijngevechten houden om de gunst van de vrouwtjes te verwerven. Na de paring zorgen de vrouwtjes voor het broedsel.
De kemphaan staat op de Rode Lijst vanwege de sterke afname van het aantal broedgevallen, in combinatie met een zeer beperkte verspreiding. In de ons omringende landen is de soort inmiddels bijna als broedvogel verdwenen. Nederlandse kemphanen overwinteren het meest in West-Afrika.
Een lange tijd is de kemphaan, of beter kemphen, een gewone broedvogel geweest van graslanden, vochtige heide en duingraslanden. In de tweede helft van de eeuw is het aantal broedende kemphennen in Nederland sterk afgenomen. De overgebleven Nederlandse kemphennen broeden in graslandreservaten in Friesland, Groningen en Noord-Holland.
De reden voor de enorme afname van de kemphaan is het verdwijnen van het favoriete graslandtype. De enige manier om de soort te redden is het behoud van graslanden waar niet te veel vee op geweid wordt. Er moet dan ook weinig bemest worden en de waterstand moet hoog zijn. Zulke graslanden vinden we alleen nog maar in reservaten.
Dat de soort ook in deze beschermde gebieden afneemt heeft zeker te maken met het wegvallen van steeds meer tussengelegen broedgebieden, waardoor een sterke versnippering optreedt. Duidelijk is dat het Nederlandse weidelandschap met het verlies van de kemphanen een stuk van zijn oorspronkelijke identiteit verloren heeft.
Begin jaren tachtig broedden nog honderden kemphennen in het net drooggevallen Lauwersmeer. Maar door de ontwikkeling van dichte vegetaties is de soort hier inmiddels ook weer grotendeels verdwenen. Gezien de huidige lage aantallen is het de moeite waard om elk kemphen-broedsel op niet speciaal beschermd grasland middels nestbescherming te behoeden tegen uitmaaien, een gevaar dat door het late broeden nog groter is dan bij andere weidevogels.