In Nederland en Belgie samen leven zo’n 35.000 soorten insecten (soortenbank). Insecten zijn dan ook de meest dominante levensvorm op aarde: van alle diersoorten loopt zo’n 80% op zes poten rond. En dan zijn er ook nog de spinnen en mijten. Een Engelse studie stelde vast dat er gemiddeld 130 spinnen per vierkante meter zijn en dat is in Nederland waarschijnlijk niet veel anders. Ook onze tuin wordt bevolkt door een grote biodiversiteit aan insecten: de koolmezen doen zich tegoed aan de rupsen van de wintervlinder, solitaire bijen nestelen in holle plantenstengels, vliegenmaden doen zich tegoed aan het plantafval en vlinders, hommels en bijen bezoeken de bloemen. Ook onze huizen worden bevolkt door insecten. We gaan elke nacht naar bed met duizenden mijten, ontelbare spinnen loeren vanuit hoeken en gaten naar de vele smakelijke insecten.
Bij biodiversiteit denken we aan de grotere dieren, maar insecten en spinachtigen vormen het grootste deel van de biodiversiteit op aarde. Hoe biodivers is het leven in ons huis en tuin? Is de biodiversiteit in de stad kleiner dan op het platteland? Er zijn signalen dat de biodiversiteit in onze steden groter is dan op het platteland. In onze tuinen is de diversiteit aan planten groot, terwijl de plantendiversiteit in weilanden en akkers afneemt. Tachtig procent van de insecten zijn kieskeurige specialisten, dus hoe meer soorten planten we in de tuin hebben, hoe meer soorten insecten hier op af komen
We kunnen die insectenfauna in de tuin vergroten door nestgelegenheid voor solitaire bijen aan te bieden (bijenhotels, laten staan van dode plantenstengels, aanleggen van houtstapels) of door nectarbronnen aan te bieden voor vlinders. Als de vlinders eitjes leggen in de tuin zijn de rupsen die zich daaruit ontwikkelen weer voedsel voor sluipwespen, kevers, wantsen. Voor de tuin willen velen graag maatregelen nemen om de diversiteit te verhogen.
In huis is dat nog wel eens anders. Daar proberen we de enige bewoners te zijn: zonder succes. Diverse huisgenoten hebben zich aangepast aan het leven in ons huis. Dankzij de goede isolatie maken we het voor velen ook tot een zeer geschikte omgeving. De meeste inwonende insecten blijven grotendeels onopgemerkt. Van enkele anderen zoals bedwants en muggen is het goed om ze te weren, maar in een steriel huis wonen zit er niet in. Sterker nog, wijzelf zijn ook niet steriel en herbergen bijvoorbeeld haarzakjesmijten in de haarzakjes van de haartjes in ons gezicht. Maar wie leven er dan in ons huis of in onze tuin? Kennen we onze medebewoners? En hoeveel soorten zijn het?
Over deze en veel meer onderwerpen gaat het in de
lezingenserie Insecten en Maatschappij
. De 8 lezingenavonden (7 januari t/m 11 maart 2015) worden gehouden in het Forumgebouw van Wageningen Universiteit, aan de Droevendaalsesteeg 2. De toegang is gratis. De lezingen beginnen om 20.00 uur (zaal open om 19:30). De campus van Wageningen Universiteit is goed bereikbaar met het openbaar vervoer.