In de nesten
• 08-05-2008
• leestijd 1 minuten
Oorspronkelijk kwamen
weidevogels
zeer veel voor in Nederland. Door de intensievere manier van bewerken van het land, maar ook door de toename van roofdieren als vossen en marters, staan de aantallen weidevogels onder druk. Sinds 1960 zijn de meeste weidevogels in aantal afgenomen.
In de landbouw zijn veranderingen opgetreden die het weiland minder aantrekkelijk maken voor weidevogels. Zo is er vaak sprake van overbemesting, is de grondwaterstand lager en wordt er vaker gemaaid.
Tot nu toe markeerden vrijwilligers nesten met stokken. Kraaien en kauwen herkenden de stokjes, waardoor het de vogels makkelijk werd gemaakt de nesten leeg te roven. Zelfs experimenteren met verschillende stokken hielp niet.
Het systeem met de nestchip is ontwikkeld door voorzitter Henk Bulder van de Stichting Weidevogelbescherming De Monden. Oorspronkelijk wordt het gebruikt om golfballetjes mee op te sporen. Daar zit dan ook een chipje in. Ook worden kleine sensoren in de nesten gelegd, waarmee temperatuurverschillen kunnen worden vastgelegd. Hiermee is het mogelijk na te gaan wanneer de nesten zijn leeggeroofd, verlaten of uitgekomen.
Bron: Vogelbescherming Nederland; Henk Bulder