Holland op z’n mooist_10_03_2015
• 17-03-2015
• leestijd 2 minuten
Koeien in een drassige wei, grillige knotwilgen langs een slootje met molens op de achtergrond. : de schilders van de Haagse School trokken er eind 19e eeuw op uit en legden dit iconische landschap buiten vast. Vanaf 4 april te zien in het Gemeentemuseum Den Haag. En natuurlijk buiten, in beschermde natuurgebieden.
De Haagse School was een beweging van schilders die tussen circa 1860 en 1900 schilderden in, rondom en vanuit Den Haag. Bekende namen zijn Weissenbruch, Gabriël, Roelofs, Mesdag en de gebroeders Maris. Zij trokken met hun schetsboek naar buiten en tekenden daar de werkelijkheid; iets wat tot die tijd zeer ongebruikelijk was.
Hun schilderijen laten enerzijds een verdwijnend en inmiddels verdwenen landschap zien, met weides vol koeien en slootjes met knotwilgen en molens. Anderzijds zien we het veranderende landschap: molens worden afgebroken, turf wordt grootschalig afgestoken en het spoor wordt aangelegd en daarmee wordt het land én de natuur ontsloten.
De hoogtijdagen van de Haagse School vielen samen met een groeiend besef dat natuur iets was om van te genieten en om te beschermen. Aan het eind van die periode, in 1905, werd
Natuurmonumenten
opgericht. In de loop van de jaren kocht Natuurmonumenten meer dan 350 gebieden aan. In eerste instantie waren dat woeste en wilde natuurgebieden. Pas in 1949 kocht Natuurmonumenten het eerste cultuurlandschap. En het is in dergelijk beschermd cultuurlandschap dat de plaatjes die de Haagse-Schoolschilders vastlegden nog is terug te vinden.
Op pad met de Haagse School
Op 4 april opent in het
Gemeentemuseum Den Haag
een grote tentoonstelling over de Haagse School: ‘Holland op z’n mooist, op pad met de Haagse School’. Natuurmonumenten levert vanaf 18 maart zes bijbehorende fiets- en wandeltochten, te downloaden via hun speciale
route-app
. De tochten gaan door gebieden die een relatie hebben met de schilderijen uit de tentoonstelling.