Eind november is nabij Egmond aan Zee een voor Nederland nieuwe soort slijmzwam gevonden door een oplettende mycologe. Slijmzwammen zijn weliswaar geen paddenstoelen maar worden er wel vaak voor aangezien. De slijmzwam heeft als Nederlandse naam het Reuzenhart kalkkopje gekregen.
Het Reuzenhart kalkkopje werd bij toeval gevonden in een vochtig berkenwilgenbos in de duinen nabij Egmond aan Zee. Op een klein blaadje waren een paar heldergeel gekleurde, piepkleine steeltjes met roestbruine knopjes, amper zichtbaar voor het oog (twee millimeter hoog) te zien. Nauwkeurig afzoeken van de bodem leverde vervolgens nog een paar hiermee begroeide blaadjes op. De kwetsbare kleinoden werden zorgvuldig opgeborgen in een doosje.
Het determineren gebeurde thuis. Slijmzwammen zijn namelijk bijna altijd alleen met behulp van een microscoop op naam te brengen. Een aantal kenmerken, waaronder de grof stekelige sporen en de opvallend grote bolvormige steeltop, leidden tot de determinatie. Het bleek de in Nederland nog niet eerder gevonden soort Physarum schroeteri te zijn. Het heeft de Nederlandse naam Reuzenhart kalkkopje gekregen.
Mensen die een slijmzwam vinden, denken nogal eens dat ze te maken hebben met een vreemd soort schimmel. Slijmzwammen hebben echter een andere oorsprong. Ze stammen af van de Protozoa (eencellige diertjes). Bij Protozoa ontstaan uit de sporen microscopisch kleine eencellige organismen die zich kruipend of zwemmend voortbewegen. Het gevolg van versmelting en deling van deze sporen is dat op een gegeven moment een slijmerig geheel, het plasmodium, ontstaat. Dit plasmodium kan zich op zoek naar voedsel bewegen zoals op bovenstaand filmpje te zien is. Net als paddenstoelen zijn slijmzwammen in dit stadium vaak kleurrijk. Ze worden dan het meest door mensen opgemerkt maar zijn nog niet te determineren. Pas in de eindfase worden bewegingsloze vruchtlichaampjes gevormd met een droge poederige inhoud. Het droge poeder wordt gevormd door rijpe sporen. De kleur van het vruchtlichaam is meestal anders dan die van het eerdere plasmodium en valt minder op.
De meeste slijmzwammen houden van vochtige omstandigheden en beschutte plaatsen. Veel soorten vormen vruchtlichamen die niet hoger zijn dan zo'n drie millimeter. Goed zoeken kan worden beloond met een fantastisch schouwspel. Vruchtlichamen zijn er namelijk in heel veel verschillende vormen. Diverse vormen glinsteren door weerschijnkleuren opvallend en ook microscopisch zijn slijmzwammen wonderschoon.
Tekst en foto's: Marian Jagers, Nederlandse Mycologische Vereniging
Video: Andy Adamatzky, UWE Bristol